Denken als een berg – Aldo Leopold
‘Er is tot op heden nog geen ethiek die zich richt op de relatie van de mens tot het land en tot de dieren en planten die erop gedijen. Land wordt […] nog altijd als louter eigendom beschouwd. De verhouding tot land is nog altijd strikt economisch en brengt wel privileges, maar geen verplichtingen met zich mee.’ Aldus schrijft Amerikaanse ecoloog Aldo Leopold (1887-1948). In de decennia na zijn overlijden is er in de filosofie vooruitgang geboekt en is er de specialisatie van milieufilosofie waarin er wel degelijk een ethiek wordt ontwikkeld die verder gaat dan de korte termijn eigenbelang van een kleine groep geprivilegieerden en waarin er aandacht is voor de natuur en toekomstige generaties. Er is echter een verschil tussen de ideeën en de implementatie daarvan.
Omdat extreemrechts een bulldozer voor beschaving is op zoveel vlakken, bleef de diepe haat voor natuurbeleid van extreemrechts uit de spotlights. Trump haalt niet alleen een streep door het klimaatbeleid, maar ook de klimaatwetenschap wordt onmogelijk gemaakt. Trump is 78 jaar en zal het niet zo lang meer maken. Aan het eind van zijn leven raast hij als een olifant in de porseleinkast – planeet Aarde. Het had anders gekund. Er zijn mensen die dat nog steeds denken.
Leopold is een gids voor een fundamenteel andere manier van omgang met de natuur, een fundamenteel andere manier van leven. Hij was een pionier op het gebied van natuurbeheer en -management. Hij meende dat een andere meer duurzame omgang met de natuur mogelijk was. ‘Op dit moment lijkt niets heilzamer dan een gezonde dosis minachting voor een overvloed van materiële zegeningen,’ aldus Leopold.
A sand county almanac (1948) is een klassieker in de milieufilosofie. Het is een bijzonder boek. Het is namelijk geen filosofisch traktaat maar een poëtisch literaire natuurbeleving vol kennis over de natuur en ecologie in historisch perspectief. Ik ben, als milieufilosoof, in de loop der jaren meerdere keren in het boek begonnen maar telkens strandde ik in de tekst omdat ik er niks van begreep, onder andere door de vele namen van fauna en flora in het Engels, maar ook op de opzet en teneur van het boek kon ik geen vat krijgen. In de vakliteratuur wordt Leopold uitgelegd en worden citaten uit A Sand county almanac aangehaald, waardoor ik Leopold als milieufilosoof kan plaatsen. Maar nu is er eindelijk een Nederlandse vertaling. Het door Noordboek uitgegeven boek is meer: het boek wordt uitgebreid ingeleid door filosoof Johan Braeckman, vertaler Joris Capenberghs voegde verklarende eindnoten toe, ecoloog Hans van Dijck schreef een nawoord, er is een register van planten en dieren toegevoegd, er zijn enkele foto’s opgenomen en enkele sleutelteksten uit ander werk van Leopold toegevoegd waaronder de voor filosofen belangrijke tekst ‘Aanzet tot een milieu-ethiek’.
A sand county almanac bestaat uit natuurnotities verdeeld over de twaalf maanden van het jaar, maar niet een specifiek jaar. Leopold kocht een oude boerderij met land eromheen waar hij met zijn gezin de weekenden en vakanties doorbracht. Door de week woonde hij in de stad waar hij aan de universiteit van Wisconsin als eerste hoogleraar ooit in het vakgebied van bosbeheer. Het land rondom de boerderij is uitgeput door overexploitatie en erosie. Vandaar de zandgronden. Hij probeert op zijn land aan natuurrestauratie te doen. Heden ten dage is het landgoed uitgebreid en is het een natuurgebied.
Leopold is een cultuurcriticus. In zijn voorwoord schrijft hij: ‘Hoewel wij in de minderheid zijn, is de mogelijkheid om ganzen te spotten voor ons belangrijker dan televisiekijken, en de kans om inheemse wildemanskruid te ontdekken, een recht dat net zo onvervreemdbaar is als de vrijheid van meningsuiting.’ Hij meent dat de despotische manier waarop mensen met de natuur omgaan, voorkomt uit de abrahamitische natuuropvatting: god heeft de natuur aan de mens gegeven om naar believen te gebruiken: ‘We gebruiken de aarde en maken er misbruik van omdat we haar als ons bezit en handelswaar opvatten.’ Zijn oplossing is een andere houding tegenover de natuur: ‘Op de dag dat we de aarde zien als een “gemeenschap” waartoe wij behoren, zullen we misschien met liefde en respect met haar omgaan.’
Leopold is een origineel en creatief denker die de kaders van wetenschap, activisme, literatuur en filosofie overschrijdt. Zijn holistische benadering waarbij hij persoonlijke natuurbeleving koppelt aan grote kennis van biologie en tegelijkertijd reflecteert over de mens-natuur verhouding is inspirerend. Die holistische visie zou ook ter inspiratie van onderwijs kunnen dienen, zodat onderwijs transdisciplinair wordt. Dat je bij biologie ook iets mooi kunt vinden en er literair over kunt schrijven of erover tekenen, schilderen of dichten.
Als ecoloog is Leopold zich ervan bewust dat ecosystemen veranderen en dat mensen daar een grote rol in kunnen spelen. Wat ik bij Leopold ontwaar is biophilia: een diep doorvoelde liefde voor de (levende) natuur. Biophilia is een concept van de bioloog E.O. Wilson (1929‒2021) die zich net als Leopold heeft ingezet voor natuurbehoud, zoals in zijn boek Half the Earth. Met biophilia bedoelt Wilson dat kinderen spontaan van de natuur houden en dat het belangrijk is om die liefde voor het leven te promoten en stimuleren in het onderwijs en bij de inrichting van de samenleving. De marketing pull van het stedelijk leven, de aantrekkingskracht van schermen, heeft het gewonnen van biophilia. Tenzij er beleidsmatig wordt gewerkt aan het drastisch reduceren van schermtijd ten faveure van tijd in de natuur, zal de biophilia zich beperken tot een klein percentage natuurliefhebbers.
Bekijk de volgende vragen: Hoeveel tijd besteed ik in de natuur? Wat is de natuur waar ik me het prettigst in voel? Hoeveel natuur zit er in mijn dag? Hoeveel wandel ik? Hoe vaak wroet ik met mijn handen in de aarde? (en waarom?) Wordt mijn voedsel lokaal verbouwd? Hoe ziet mijn tuin eruit? Hoeveel weet ik van de natuur (biologie, ecologie)? Welke rol speelt natuur in mijn leven? Het is confronterend om te zien dat, wanneer ik de vragen voor mezelf beantwoord, ik een stuk minder in de natuur ben dan ik zou denken en wensen. Ik weet bijna niks van de natuur. Ik zit veel achter mijn scherm. Ik ga vaker naar een stad om mij aan cultuur te laven dan naar de natuur.
Leopold laat zich niet inkaderen. Hij brengt ook een historische blik mee in zijn perceptie van de natuur. Hij kijkt zowel evolutionair als historisch naar de natuur. Met evolutionair bedoel ik dat hij zich bewust is van veranderingen van de natuur in deep time en daar ook over schrijft. Met historisch bedoel ik dat hij zich bewust is van de ingrijpende veranderingen die de mens in de recente geschiedenis heeft veroorzaakt in de natuur. Amerika is door de komst van de Europeanen drastisch veranderd. De inheemse bevolking had ook een invloed op ecosystemen, maar veel minder drastisch en dramatisch dan de westerlingen die inzetten op landbouw in plaats van jagen/verzamelen. Bij veel mensen leefde (en leeft) het idee dat de natuur niet beïnvloed en veranderd kan worden door menselijk handelen. In Amerika is in korte tijd de zeer veel voorkomende trekduif uitgestorven door overbejaging. De meeste mensen zijn zich er niet van bewust dat de natuur er vroeger, voor hun tijd, heel anders uitzag. We vinden normaal wat we in onze jeugd hebben gezien, zelfs als dat landschap vlak daarvoor rigoureus was veranderd. Zoals mensen in Nederland geen idee hebben hoe het landschap eruitzag voor de naoorlogse ruilverkaveling, waarbij het landschap in rechte stukken gebuldozerd werd.
In zijn meer filosofische stukken pleit Leopold voor een andere houding jegens de natuur. Een houding van waardering en terughoudendheid. Hij pleit voor een harmonieuze verhouding tot de natuur waarin de natuur wordt gezien als een partner. De zwakke plek in de natuurfilosofie van Leopold is erin gelegen in hoeverre mensen de natuur mogen gebruiken en veranderen voor hun eigen behoeftes. Leopold is minder terughoudend dan de (later geformuleerde) deep ecology beweging van onder andere de Noorse filosoof Arne Naess waarbij wordt getracht de rol en invloed van de mens op de natuur zo klein mogelijk te houden. Leopold is niet tegen het gebruik van dieren en hij is een fervent jager.
De kernzin uit Leopolds milieufilosofie is: ‘Iets is juist als het de (1) integriteit, het (2) evenwicht en de (3) schoonheid van de biotische gemeenschap in stand houdt. Iets is fout als het niet zo is.’ Leopold brengt esthetica in zijn natuurfilosofie. Hij benadrukt de schoonheid van de natuur. De waarde van de natuur zit mede in de schoonheid ervan. Wat integriteit precies inhoudt is vaag. Het gaat Leopold om harmonie tussen natuur en mens. Leopold wil ruimte laten aan de natuur en de mate van management beperken. Waar precies de grens ligt van integriteit is ook vaag. Net als wat ‘evenwicht’ inhoudt. Leopold pleit voor meer natuur, meer natuurbeleving en minder menselijk ingrijpen in de natuur, maar wat de criteria daarvoor zijn is niet duidelijk. De milieu-ethiek, land ethic zoals Leopold het noemt, is filosofisch verder uitgewerkt door de filosoof J. Baird Callicott, zoals in Callicott, J. Baird, In Defense of the Land Ethic: Essays in Environmental Philosophy (1989).
‘Elke nieuwe generatie moet zich afvragen wat een moreel verantwoorde houding is tot de natuur’, zo besluit filosoof Johan Braeckman zijn voorwoord. Die relatie met de natuur is slechter dan ooit. We staan op een ecologisch kantelpunt. Juist op het moment dat de natuur in sneller tempo dan ooit verwoest wordt, is er politieke tractie voor ontkenning van deze problemen. De kennis over de verwoesting van de natuur is voorhanden, maar de communicatie daarover is mislukt. Dat mannen als Musk, Trump en Tate populairder zijn dan mensen als Leopold, Carson en Naess spreekt boekdelen. Ik hoop dat dit prachtig uitgegeven boek veel gelezen en bewonderd wordt, dat het op leeslijsten van scholen komt, dat boekenclubs het lezen.
Een sprankje hoop is dat in het eindexamenonderwerp HAVO over milieufilosofie dat volgend jaar van start gaat, Aldo Leopold is opgenomen. ‘Geen enkele wezenlijke verandering in ethisch denken en handelen werd ooit bereikt zonder mentaliteitsomslag van binnenuit. De vraag is: waar zijn onze aandacht en loyaliteit, onze affecties en overtuigingen op gericht?’, vraagt Braeckman zich af. Niet op de natuur, zoveel is duidelijk.
Floris vegan den Berg
De recensent is een teleurgestelde en misantropische milieufilosoof en auteur van onder andere ‘Groen Liberalisme’ en ‘Recalcitrant. Tegendraads filosoferen tussen wanhoop en geluk’. Hij werkt thans aan ‘De vrolijke misantroop’.
Aldo Leopold, Denken als een berg. Het jaar rond op de zandgronden (1949), Noordboek, 2025, vertaald door Joris Capenberghs, met een voorwoord van filosoof Johan Braeckman en een nawoord door ecoloog Hans van Dyck.