Kunnen liberalen verbinden?
Dat er verschillende moralen bestaan op basis van intuïties en emoties betekent een uitdaging voor liberalen. Deze moralen zijn immers veel krachtiger, ze verbinden mensen sneller en beter dan een (liberale) rationele moraal. Liberalen spelen over het algemeen liever soloslim dan in een team, kiezen liever een eigen strategie dan blind een leider te volgen, kortom het zijn individualisten. De liberale moraal, die uiteraard ook deels een basis heeft in emoties maar zich daarnaast stevig op het rationele beroept, moet dan ook extra hordes nemen om mensen te verbinden. Zoals uit de bevindingen van de Amerikaanse sociaal psycholoog Haidt blijkt, laten liberalen zich minder leiden door loyaliteit, autoriteit en reinheid, maar dit betekent niet dat ze er helemaal niet aan onderhevig zijn.
Een voorganger in de studies waarop Haidt zich baseert is (zowat de eerste) sociaal psycholoog Milton Rokeach (1918-1988). Hij beschouwde de neiging van de mens om zich vooral door mensen te laten omringen waarmee hij of zij een grote gelijkenis vertoont als een van de voornaamste organisatieprincipes. Zo ontstaan vrij spontaan homogene samenwerkingsverbanden waar intuïties en emoties als loyaliteit, autoriteit en reinheid hun rol spelen. Dit verklaart deels waarom we in verenigen, raden, e.d., maar weinig diversiteit zien, ook in liberale kringen. Diversiteit ontstaat niet spontaan, niet van nature. Als je diversiteit wil moet je er werk van maken.
Voor liberalen betekent dit evenwel niet dat je mensen op posities moet brengen omwille van hun specifieke uiterlijke kenmerken of achtergrond. Mensen moeten gekozen worden omwille van hun verdienste. Liberalen koesteren daarom ook de plicht tot zelfontwikkeling. Opvoeding en onderwijs, de zoektocht en het opnemen van de beste kennis (wetenschap), dit zijn de beste wegen om je als individu te ontwikkelen en tot een vorm van zelfdeterminatie te komen (een invulling van het vrijheidsbegrip), het beste te maken van je leven.
De verklaring waarom moralen op basis van intuïties en emoties krachtig verbinden, kan evolutionair verklaard worden. Gemeenschappen die zich lieten leiden door loyaliteit, autoriteit en reinheid hadden immers een groot evolutionair voordeel. In tijden waarin leven en overleven grotere uitdagingen stelde dan vandaag was een sterke cohesie door loyaliteit cruciaal. De orde op basis van de niet-contesteerbare autoriteit van de leider, het weten dat je medestander voor jou door het vuur wil gaan, en gedragsregels die alles wat vreemd is vermijden of uitschakelen, koppel dat alles aan mekaar en je had een sterk geheel dat haar man kon staan in de strijd met tegenspoed van allerlei slag.
Is dit verleden tijd? In ieder geval is de feitelijke diversiteit alleen maar toegenomen, een tendens die naar alle waarschijnlijkheid verder zal gaan. Maar diversiteit hakt in op het ingroup-gevoel. Sommige mensen voelen zich niet langer thuis in een diverse samenleving. Daartegenover staat het wetenschappelijke inzicht dat we los van uiterlijke verschillen in wezen allemaal gelijken zijn. Dit rationeel inzicht ligt ten grondslag ligt aan de liberale moraal. Een meer rationele liberale moraal, die veel belang hecht aan rechtvaardigheid en zorg, niet exclusief maar inclusief van karakter, lijkt dan ook de beste ‘strategie’ voor de toekomst.
Maar gevoel en ratio liggen hier ver uit elkaar. Het enige dat dit kan samenbrengen is een grotere interactie en de bereidheid van alle partijen om buiten de eigen groep te kijken en handelen. Als de liberale claim op universaliteit van haar ideeëngoed klopt, dan zijn er in iedere bevolkingsgroep ‘liberalen’. Aan de liberale beweging om hen te vinden en met hen te verbinden.
Claude Nijs
Kernlid Liberales