Winston Churchill. Vader van Europa - Felix Klos
Er waart een spook door Europa. Extreemrechtse, populistische en nationalistische partijen bewegingen hebben de wind in de zeilen. Naast het ‘Eigen volk eerst’-principe delen ze met zijn allen een heel groot wantrouwen ten aanzien van de Europese Unie. Dat hoeft niet echt te verwonderen want de Europese leiders van de voorbije jaren blinken niet echt uit in visie en daadkracht. Dat zagen we zowel bij de bankencrisis als bij de asielcrisis. De toestroom van honderdduizenden mensen die op de vlucht waren voor het geweld in hun landen van herkomst, zorgde voor een opstoot van nationalisme en afkeer van het grote Europese project. ‘Brussel’ wordt steeds meer aangeduid als de oorzaak van de sociaaleconomische en maatschappelijke problemen die de burgers angst en onzekerheid bezorgen. Als klap op de vuurpijl koos een nipte meerderheid van de Britten voor de Brexit waardoor, na een periode van steeds verdere uitbreiding van de EU, voor het eerst een land de Unie verlaat.
Nochtans speelde het Verenigd Koninkrijk, na de Tweede Wereldoorlog een heel belangrijke rol in de aanzet naar de eerste vormen van Europese samenwerking die er uiteindelijk zouden voor zorgen dat we al meer dan 70 jaar vrede en welvaart kennen in Europa. En de man die daarin centraal stond, was Winston Churchill. Die staat vooral bekend omwille van zijn hardnekkige verzet tegen het nazisme. Toen Hitler zowat gans West-Europa had veroverd waren er nog maar weinig die geloofden dat Groot-Brittannië zou standhouden. De Führer zelf was ervan overtuigd dat de Britten na de nederlaag van Frankrijk snel zouden aandringen op een ‘vredesakkoord’. Maar Churchill weigerde hardnekkig elke concessie en overtuigde zijn landgenoten om door te vechten tot de overwinning. Minder bekend is dat hij ook een overtuigde en visionaire Europeaan was die al snel besefte dat alleen Europese samenwerking kon leiden tot een duurzame vrede. Hierover schreef de Nederlands-Amerikaanse historicus Felix Klos een meeslepend boek onder de titel Winston Churchill. Vader van Europa.
Al snel na het drama van de Eerste Wereldoorlog riepen gezaghebbende stemmen op tot een associatie van alle Europese landen die bereid waren om een politieke en economische eenheid te vormen. De drijvende krachten achter dit project waren graaf Coudenhove-Kalergi van de Pan-Europese Unie, Aristide Briand, de Franse minister van Buitenlandse Zaken en zijn Duitse collega Gustav Streseman. Ook Winston Churchill toonde zich een voorstander van Europese solidariteit als de beste garantie tegen het uitbreken van nieuwe grote oorlogen. In een artikel in The News of the World pleitte hij in 1938 zelfs voor de ‘Verenigde Staten van Europa’ met één enkele munteenheid, een algemene tariefunie en een gezamenlijke taal. Toen was echter al duidelijk dat Hitler met zijn agressieve nationalisme aanstuurde op oorlog. Tijdens het Duitse offensief tegen Frankrijk probeerde Churchill nog snel een Frans-Britse unie te vormen om samen verder weerstand te bieden tegen het nazisme, maar onder impuls van Pétain mislukte dit ambitieuze plan en onderwierp Frankrijk zich aan het nazisme.
Ook tijdens de oorlog die vanaf eind 1942 in het voordeel van de geallieerden begon te verlopen, bleef Churchill hameren op de noodzaak van een federaal Europa waarin Frankrijk en Duitsland het voortouw zouden moeten nemen. Hij zag dit als de kern van beschaving tegen ‘het Russische barbarisme’. In 1943 had hij het letterlijk over de oprichting van een ‘Raad van Europa’ die volgens Klos grotendeels gebaseerd was ‘op de vrees dat Rusland zou proberen grote stukken Europa aan zijn wil te onderwerpen’. Op de Conferentie van Jalta in februari 1945 stond het Rode Leger al op 60 kilometer van Berlijn en voor Churchill was het duidelijk dat Stalin zijn greep zou leggen op de Oost-Europese landen die intussen heroverd waren op de nazi’s. Op 26 juli 1945 leed Churchill onverwacht een verkiezingsnederlaag en was hij niet langer eerste minister van zijn land. Hij vond dat hem onrecht werd aangedaan en verviel in zwaarmoedigheid en neerslachtigheid. Maar hij herstelde en begreep snel dat hij met goedgerichte toespraken nog steeds een grote impact had op het publiek en op de politiek.
Op 5 maart 1946 hield hij zijn beroemde Fulton-toespraak waarin hij sprak over een ‘IJzeren Gordijn’ dat was neergedaald en dat Europa in twee verdeelde. Nog indrukwekkender was zijn toespraak op 19 september 1946 aan de universiteit van Zürich waarin hij opnieuw opriep om een ‘Verenigde Staten van Europa’ op te bouwen. De eerste stap moest de oprichting van een ‘Raad van Europa’ zijn, als een platform voor Europees overleg over de afschaffing van de douanetarieven, economische harmonisatie, een gezamenlijk defensiesysteem en een gemeenschappelijke munteenheid. Het idee werd met gemengde gevoelens onthaald, maar kreeg steun van invloedrijke personen. ‘Het Europese ideaal bleek een krachtig ideologisch tegengewicht voor zowel het nationalisme als het communisme’, schrijft Klos. Churchill richtte de ‘United Europe Movement’ (‘Beweging voor het Verenigd Europa’) op en hield in 1947 en 1948 een reeks toespraken om ook de Britten warm te maken voor zijn idee.
De beweging voor een Verenigd Europa kreeg een boost door een vierdaags congres in Den Haag in mei 1948 waar tal van personaliteiten aanwezig waren waaronder Anthony Eden, Harold MacMillan, Daladier, Ramadier, Reynaud en Konrad Adenauer. Klos beschrijft hoe vooral de Britse socialisten dwars gingen liggen. Maar ze konden niet verhinderen dat op 5 mei 1949 de Raad van Europa werd opgericht, met een Parlementaire Vergadering die in augustus 1949 voor het eerst bijeen kwam in Straatsburg onder voorzitterschap van de Belg Paul-Henri Spaak. De Raad kon enkel voorstellen doen maar een Comité van Ministers nam de besluiten op basis van unanimiteit. Hier zien we een gelijkenis met de huidige situatie met een relatief onmachtig Europees Parlement en een machtige Europese Raad van staats- en regeringsleiders die elk op zich een vetorecht hebben en daardoor noodzakelijke maatregelen voor het geheel van de Europese Unie kunnen blokkeren.
Belangrijk was toen ook de gedachte van Churchill en zijn medestanders tot oprichting van een Europees gerechtshof. Klos beschrijft dit als een stoutmoedig idee: ‘Om te voorkomen dat het totalitarisme ooit nog vaste voet aan de grond kreeg in de Europese politiek, moest individuele burgers het recht worden gegeven om de schending van hun rechten voor te kunnen leggen aan een gerechtshof dat machtiger was dan de nationale gerechtshoven’. Ook hier betrof het een afstaan van een stuk nationale soevereiniteit aan een hogere instantie, iets waar vooral Britse opiniemakers tegen gekant waren. Churchill benadrukte diverse keren dat er een Europees instrument moest komen dat in staat was om de Rechten van de Mens te kunnen verdedigen. Het leidde uiteindelijk tot de ondertekening van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens in oktober 1950 in Rome, en dat werd toen beschouwd als een van de belangrijkste resultaten die door de Raad van Europa werd bereikt.
Maar niet alle voorstellen van Churchill werden gerealiseerd. Zo pleitte hij voor een Europese defensiemacht waaraan de Duitsers zouden meewerken ‘onderworpen aan een strikt Europees toezicht en optredend in volledige samenwerking met de Verenigde Staten en Canada. Hij zag dit als beste waarborg tegen een mogelijke communistische invasie. De Raad van Europa ging hiermee akkoord maar volgens het Comité van Ministers viel defensie niet binnen de bevoegdheid van de Raad van Europa en het voorstel werd verworpen. Meer succes had Robert Schuman met zijn voorstel voor de oprichting van een Europese Gemeenschap van Kolen en Staal. Frankrijk, Duitsland, Italië en de Benelux deden mee, de Britten niet omdat dit opnieuw een overdracht van nationale soevereiniteit zou betkenen aan een hogere instantie. Reeds in die periode stonden de Britten dus argwanend ten opzichte van Europa. Toen ze later wilden aansluiten bij de Europese Gemeenschap stuitten ze tweemaal op een ‘non’ van De Gaulle. Pas in 1973 konden ze toetreden. En nu stappen ze er weer uit.
In oktober 1951 werd de 77-jarige Churchill opnieuw premier van zijn land. Het lukte hem echter niet meer om zijn vele Europese ideeën te realiseren. Volgens Klos had Churchill ‘door ouderdom en een toenemende zwakke gezondheid veel van zijn passie en vastberadenheid verloren’. Zijn minister van Buitenlandse Zaken Eden wilde niet weten van het hele Europese project. Het klinkt als een valse noot in de indrukwekkende loopbaan van Churchill, maar Klos schrijft terecht dat ‘het wel zijn geest (was) die heel het Europese project heeft doordrongen’. Daarom is de titel van dit boek Winston Churchill. Vader van Europa heel terecht. Zijn doel, de Verenigde Staten van Europa, is nog niet gerealiseerd en de huidige tendens in Europa is juist een terugkeer naar nationalisme. Dat is een spijtige zaak want dank zij Churchill en visionaire Europeanen als Schuman en Monnet, leven we nu in een Europese Unie waarin de rechten van elke Europeaan gewaarborgd zijn.
Dit boek komt net op tijd om duidelijk te maken waarom samenwerking tussen en integratie van de diverse Europese landen zo belangrijk is, en welke enorme resultaten dit heeft geboekt op het vlak van vrede en welvaart. Klos maakt hiermee ook duidelijk waarom we, in tegenstelling tot wat de eurosceptici en nationalisten beweren, we vandaag opnieuw meer Europa nodig hebben. Churchill is en blijft dan ook het voorbeeld van een visionaire en gepassioneerde politicus die tot vandaag inspireert, en die we nu helaas ontberen.
Recensie door Dirk Verhofstadt
Felix Klos, Winston Churchill. Vader van Europa, Overamstel, 2016