Denkers van vandaag, voor de wereld van morgen – Alicja Gescinska

Denkers van vandaag, voor de wereld van morgen – Alicja Gescinska

De Belgisch-Poolse filosofe Alicja Gescinska, die nog maar 42 jaar is, heeft al een indrukwekkend oeuvre bijeen geschreven. Ze debuteerde in 2011 met haar boek De verovering van de vrijheid waarin ze een bijzonder intelligent pleidooi hield voor de positieve vrijheid en op slag naam maakte in Vlaanderen en Nederland. Maar ook nadien bleef ze hoogstaande filosofische essays schrijven. In 2016 bracht ze haar debuutroman Een soort van liefde uit waarvoor ze terecht bekroond werd met de Vlaamse Debuutprijs. Nadien presenteerde ze het Canvas-programma Wanderlust en publiceerde ze geëngageerde boeken zoals Allmensch, Thuis in muziek, Intussen komen mensen om, Kinderen van Apate spreekt en Humanitas: een vergeten ideaal. Begin 2021 debuteerde ze als dichteres met Trojaanse paarden.

In 2021 verscheen haar interviewboek Denkers van vandaag, voor de wereld van morgen waarin ze een filosofisch diepgaand gesprek voerde met twaalf hedendaagse intellectuelen die bereid waren om zonder dogma’s met haar in dialoog te gaan. Het resultaat is een bijzonder verfrissend relaas waarin de protagonisten inzoomen op hun positie in de wereld en de grote vraagstukken van deze tijd.

De eerste filosoof is Roger Scruton, die stierf op 12 januari 2020, met wie Alicja goed bevriend was. Meer nog, ze nam een aantal van zijn vakken over die ze doceerde aan studenten afkomstig uit alle delen van de wereld. Het is bijzonder dat Gescinska dit deed, zelfs ondanks een aantal tegenstellingen in hun denken. Maar zij begreep hoe belangrijk het was om zijn ideeën verder te verspreiden. Intussen promoveerde ze tot directeur van de afdeling filosofie aan de University of Buckingham. Opvallend was hun gedeelde belangstelling voor schoonheid. ‘Zonder schoonheid zou het leven onmogelijk zijn. Om niet te vervreemden van onze omgeving en van onszelf,’ aldus Scruton die hartstochtelijke pleidooien hield tegen lelijkheid op alle mogelijke terreinen van de samenleving. Gescinska treedt in zijn voetsporen en schreef over het belang van muziek als ‘een oefening in menswording’.

Ook het interview met de Canadese intellectueel Michael Ignatieff is bijzonder lezenswaardig. Hij is  een van de belangrijkste pleitbezorgers van de vrijheid in het algemeen en van de vrijheid van meningsuiting in het bijzonder. Hij gelooft niet echt dat de 20ste-eeuw zich herhaalt, maar beseft tegelijk dat we met alle kracht onze rechten en vrijheden moeten beschermen om niet opnieuw te vervallen in barbarij. Extreemrechts is wereldwijd aan het oprukken. Zeggen dat we de vrijheid gaan verdedigen is echter niet voldoende. Er zijn volgens Ignatieff onderliggende zaken die we moeten aanpakken om extreemrechts de wind uit de zeilen te nemen. Zo wijst hij op de groeiende ongelijkheid in de wereld die volgens hem het systeem ondermijnt en de extremen doet groeien. In die zin moet men opnieuw de liberale democratie tot inzet maken van de krachten die opkomen voor een vrije en rechtvaardige samenleving.

Een andere hier onbekende, maar interessante filosoof is de Joodse Brits-Canadese schrijfster en activiste Lisa Appignanesi, die geboren werd in Polen. Zij toont aan dat het antisemitisme opnieuw door Europa waart en heeft een grote afkeer voor de heersende identiteitspolitiek die aangevuurd wordt door extreemrechts. ‘Groepsidentiteiten passen nooit bij een individu,’ aldus Appignanesi. In die zin heeft ze het moeilijk met veralgemeningen waarbij Joden bijvoorbeeld worden getypeerd als geldwolven en imperialisten. Ze had dan ook kritiek op Jeremy Corbyn, de vroegere leider van de Labour-partij, die Israël voortdurend belasterde. Als auteur gelooft ze in de kracht van de literatuur als een middel om meer grip te krijgen op het mondiale denken. Het lijkt op de gedachte dat kunst de wereld kan redden, al is dat betwistbaar. Maar het kan mensen wel doen inzien dat niet alles zwart en wit is, maar dat er ook grijswaarden bestaan, nuances die net onderdeel vormen van de menselijkheid die we nastreven.

Een volgende filosoof die Gescinska interviewt is Theodore Dalrymple, een Britse schrijver en polemist die consequent conservatieve standpunten verdedigt en ooit de Prijs van de Vrijheid ontving van de rechts-liberale denktank Libera! Hij krijgt vanuit progressieve hoek dan ook heel wat kritiek, en omgekeerd veel bijval van rechts en extreemrechts. Dalrymple plaatsen in het rijtje van belangwekkende hedendaagse filosofen overtuigt echter niet. Daarvoor is zijn discours te flou, ondoordacht en anti-intellectualistisch. Zijn stelling over de teloorgang van persoonlijke beschavingsidealen, zoals distantie, ijver, nederigheid, ironie en zelfbeheersing, die een ramp zouden zijn voor het persoonlijke en maatschappelijke leven, snijden geen hout en worden niet wetenschappelijk ondersteund.

Interessanter is het interview met de Vlaamse dirigent Philippe Herreweghe van Collegium Vocale. Zonder één woord over politiek te spreken verwijst hij naar de onvoorstelbare teloorgang van de cultuursector vanuit een (extreem)rechts narratief. Nederland was vroeger een cultuurparadijs, aldus Herreweghe, maar nu lijkt men zich te hoeden voor kritiek op zij die de subsidies toekennen. ‘Dankzij kunst kunnen we het waanzinnige avontuur van het leven bewuster beleven,’ aldus Herreweghe. Dat betekent dat al wie muziek aan banden wil leggen juist wil dat men dat niet doet, en dat men zich schaart achter de heilskreten van de utopisten die in het verleden voor zoveel onheil hebben gezorgd.

Het meest opmerkelijke interview van Gescinska is dat met de Joodse Amerikaans-Duitse filosofe Susan Neiman die haar hele leven lang op zoek ging met de oorzaken van het kwaad bij de mens. Zij heeft het over de hoop dat de mensheid vooruitgaat – al werd dit interview afgenomen voor de oorlog in Oekraïne – en dat het cynisme moet inboeten. Zij is een aanhanger van het gedachtengoed van de Amerikaanse filosoof John Rawls die het principe van de rechtvaardigheid centraal stelde. Rawls wordt tegenwoordig gezien als een vertegenwoordiger van de sociaaldemocratie en van het progressieve liberalisme. Mensen doen kwaad, maar niet altijd kwaadwillig, aldus Neiman. Al doen ze het vaak uit onverschilligheid.

Ook haar gesprek met Geert Mak toont hoezeer we de voorbije jaren zijn afgegleden. ‘Als de klimaatcrisis losbarst, is die geest nooit meer in de fles te krijgen.’ Die voorspelling is intussen realiteit geworden. Niemand, met enige dosis verstand, zal ontkennen dat de klimaatcrisis fenomenaal is. Maar Mak wees, nog voor de oorlog in Oekraïne, dat er zich ook op politiek vlak grote veranderingen voordoen. ‘Schep niet de illusie dat je in Den Haag Belarus kunt regelen,’ zegt Mak. Het betekent niets minder dan een pleidooi voor een sterker en meer eensgezind Europa, ook en misschien vooral, op het vlak van defensie.

En zo komen nog andere prangende wereldproblemen aan bod. Sinds het verschijnen van dit boek is alweer heel wat gebeurd. Het conflict in Oekraïne blijft voortduren, in oktober 2023 begon de oorlog tussen Israël en Palestina, in 2024 volgden de protesten in Duitsland tegen de opkomst van de extreemrechtse Alternative für Deutschland en de vele boerenprotesten. Dat neemt niet weg dat dit boek bijzonder actueel blijft en het lezen de moeite waard.

 

Recensie door Dirk Verhofstadt

Alicja Gescinsca, Denkers van vandaag, voor de wereld van morgen, Davidsfonds, 2021

Print Friendly and PDF
De Europese Unie zal zichzelf grote schade toebrengen – Paul De Grauwe

De Europese Unie zal zichzelf grote schade toebrengen – Paul De Grauwe

Het scharnierjaar 2024 - Lawrence Vanhove

Het scharnierjaar 2024 - Lawrence Vanhove