Dagboek 1933. Het gevaar van extreemrechts - Dirk Verhofstadt

Dagboek 1933. Het gevaar van extreemrechts - Dirk Verhofstadt

Democratie

Ik lees het boek Dagboek 1933. Het gevaar van extreemrechts van Dirk Verhofstadt terwijl op de achtergrond de nieuwste documentaire van Adam Curtis op de televisie flikkert.

Een stem zegt:

‘Vanuit haar essentie zelf is democratie een zeer controversieel ding. Want we proberen democratisch te regeren, maar als gevolg daarvan kan een nieuwe Hitler of een nieuwe nationaalsocialistische partij de macht grijpen, zoals in Duitsland na het verdrag van Versailles. Democratie is een zeer gevaarlijke manier van regeren.’

Het is de stem van Galina Starovoytova en ze werd vermoord in 1998. Haar moord onopgelost tot op de dag van vandaag. Mevrouw Starovoytova was medeverantwoordelijk voor de transitie van de autocratische U.S.S.R. naar het ‘democratische’ Rusland. Democratie heeft helaas nooit gewerkt in Rusland en nu zitten we met Poetin.

Tegelijkertijd lees ik de woorden van Goebbels:

‘Als een democratie dom genoeg is om ons vrije doorgang te verschaffen, en een salaris, dan is dat hun probleem. Het maakt ons niet uit. Elke manier waarop wij de revolutie kunnen voltrekken is voor ons welkom. (...) Wij komen niet als vrienden of in een neutrale hoedanigheid. Wij komen als vijanden. Zoals een wolf een schaap aanvalt, zo komen wij ook.’

De woorden werden geschreven in 1928. Vijf jaar later, in 1933, was de democratie verleden tijd. Vanaf toen leefden de Duitsers onder een dictatuur die ze grotendeels zelf gekozen hebben.         

De hamvraag die het boek 1933 stelt: glijden we weer af naar een extreemrechtse dictatuur? Zitten we weer op dat hellend vlak?

Extreemrechts

Feit is, extreemrechts beleeft hoogtijdagen. Het boek van Verhofstadt windt daar geen doekjes om. Het staat vol met verontrustende gegevens. Dit feit bijvoorbeeld: als VRT NWS in 2018 aan een staal van de 360.000 nieuw stemgerechtigde Vlamingen tussen 18 tot 23 vraagt of de democratie nog wel de beste bestuursvorm is, antwoordt een kwart: 'nee, dat denken wij niet.' Een kwart. Zij verkiezen een autoritaire leider als betere bestuursvorm.

Het klinkt als een boutade, maar mochten zij een oorlog meegemaakt hebben of geleefd hebben onder de Nazi- of Sovjetdictatuur, zij zouden wel anders piepen.

Vergeten

En daar gaat het net om. Zij hebben het nooit meegemaakt. In 2014 overleed Regine Beer, de laatste Belgische Auschwitz-overlevende. Er is niemand meer om ons die gruwelen uit de eerste hand te vertellen. Het is alweer geleden van 1992, dertig jaar dus, dat de toenmalige BRT De laatste getuigen uitzond, een programma waar Verhofstadt ook bij betrokken was. De serie staat volledig op YouTube. Je ziet een man op een perron. Hij zegt: ‘ik zou hier voor de dood van de kindertjes kunnen bidden, want waar ze daar in Auschwitz vermoord zijn, die sporen zijn uitgewist. Maar die rails…’, en hij wijst naar de sporen waarop de trein naar Auschwitz reed, ‘die rails spreken nog.’

Vandaag spreekt niemand meer. Er bestaat een holocaustherinneringscultuur, dat wel, maar vooral in Duitsland. Levende getuigen waren de beste garantie dat het ons niet nog eens zou overkomen want zoals Primo Levi zegt: ‘het is gebeurd en het kan dus weer gebeuren. De mens schijnt niet te leren uit zijn fouten en ‘het vergeten’ zelf, ‘de geschiedkundige vergissing, is een essentiële factor in de vorming van een natie’, zoals Ernest Renan zo treffend verwoordde. Daar zal het bestaan van Kazerne Dossin niets aan veranderen.

Verhofstadt heeft het tot zijn missie gemaakt de herinnering aan de donkerste pagina’s van de geschiedenis van het Westen levend te houden. Dus hij schreef Pius XII en de vernietiging van de Joden, Chef-kok in IG Auschwitz, Kleermaker in Auschwitz en het eerder genoemde De laatste getuigen, dat ook in boekvorm verscheen, en nu 1933.

Vergelijkingen

Dit boek doet een diepgaand vergelijkend onderzoek naar extreemrechts van toen en extreemrechts van nu. Het noemt namen. Van de doden en van de levenden. De namen van Francesca Rizzi die in 2019 tot Miss Hitler verkozen werd; Filip Dewinter die het nazibegrip omvolking uit de kast haalt, Anita Borms, dochter van August die in Vrouw en volk (Verhofstadt schrijft Volk en vrouw)  van een bezoek aan Auschwitz vertelt zonder het over de gruwel te hebben; Giorgia Meloni die onlangs Macrons derdewereldbeleid een veeg uit de pan gaf; alle namen van extreemrechts Europa en dat zijn er wel wat. Dewinter gaf reeds te kennen dat hij tegen Verhofstadt een proces inspant. Poetin wordt vermeld, hoe die niet toestaat dat het ‘conflict’ in Oekraïne met de term ‘oorlog’ aangeduid wordt, je riskeert er vijftien jaar gevangenis mee als je het toch doet. Maar ook Mark Elchardus die de juristocratie van activistische rechters betreurt, krijgt enkele alinea’s.

Tussen die passages over het nu, staan de passages over 1933. Een heel jaar passeert de revue, te beginnen met Hitler die de verkiezingen wint, de noodlottige gebeurtenissen die erop volgen en die zullen leiden tot het afschaffen van de democratie en de totale machtsovername van een dictator op tegen het einde van dat vermaledijde jaar. Die passages worden in de tegenwoordige tijd geschreven.

Maar het is vooral de link tussen het heden en het verleden die intrigeert. Dat veel van het geweld met taal begon, bijvoorbeeld. Daar wees Victor Klemperer op in zijn analyse van het taalgebruik van de nazis. En dat taal op zich best verraderlijk kan zijn, daar wees Merkel op die zei dat als de taal de foute kant opgaat, het handelen dat ook doet, en dat geweld dan niet ver weg meer is. Kijk uit met metaforen, moet de raad zijn, spreek niet over vluchtelingenstromen die ons overspoelen. En heb het niet zoals Lieven Verstraete over ‘wijken [die] één na één veroverd worden door nieuwkomers’, die ‘hun plek opeisen.’

Tegelijkertijd moet je toegeven dat je de jaren dertig van toen met de jaren twintig van nu niet altijd vergelijken kan. Sociale media bijvoorbeeld. Hitler schakelde een voor een de kranten uit. Vandaag heeft het Vlaams Belang de kranten zelfs niet meer nodig. Vlaams Belang geeft op de sociale media enorme bedragen uit. Zij hebben de ‘Lügenpresse’, zoals ze de grote kranten noemen, niet meer nodig.

Tolerantie

De vraag die ik mij tijdens het lezen stel is: waarom werkt democratie bij ons in Europa vooralsnog wel? Vanaf wanneer moeten we, Popper indachtig, intolerant zijn voor de intoleranten? Wanneer moet de alarmbel van de tolerantieparadox gaan rinkelen? Is ons bestel dictatorproof? Hoe komt het dat we hier wel nog volksvertegenwoordigers hebben waar het volk weliswaar veel over mort, maar dat hen wel nog toestaat om over complexe dossiers zoals energie, abortus en euthanasie wetten te stemmen? Hoe komt het dat de roep om te luisteren naar volkswijsheid, naar het volksempfinden, de stem van de volksgemeenschap of de grondstroom zoals N-VA het noemt, nog steeds minder luid klinkt dan die van de democratie?

Over N-VA gesproken. Ook die partij wordt niet gespaard en in een interview naar aanleiding van het boek wordt de Wever tot de zondebokpolitici gerekend die – net als Hitler – altijd de schuld op iemand anders zullen schuiven.

Hitler

En daarmee valt het hoge woord Hitler. En vooral de term ‘reductio ad Hitlerum’. Er is een gevaar verbonden met het uit de kast halen van Hitler.

Enerzijds is het gebruik van het ‘Hitler’-woord voorspelbaar zoals Mike Godwin in de jaren 90 aangaf:

'Naarmate online-discussies langer worden, nadert de waarschijnlijkheid van een vergelijking met de nazi's of Hitler tot 1.'

En anderzijds, als men Hitler te snel vernoemt, is niemand nog aan het luisteren als de echte Hitler opstaat. De geschiedenis herhaalt zich immers – zoals geweten – op de volgende manier: eerst als een tragedie en vervolgens als een farce. Wees dus spaarzaam met het Hitlerwoord.

Maar goed, zal een zorgvuldig taalgebruik en een sociale hygiëne zoals dat van het cordon sanitaire en het cordon médiatique ons behoeden voor toekomstige hemoclysmes, de term die men vandaag gebruikt om de bloedbaden van de Hitler, Stalin, Mao, Pol Pot mee aan te duiden? Aanhangers van Steven Pinker zijn ervan overtuigd dat we sinds de verlichting steeds vredevoller geworden zijn. Aanhangers van de school van John Gray, tot wie ik mezelf reken, zijn van mening dat we op elk moment eigenlijk maar een haarbreed van de barbarij verwijderd zijn.

Bovendien, als we ons vandaag weer op zo’n kantelpunt bevinden als 1933, wie zijn dan de nieuwe joden? Wie zijn de nieuwe zondebokken? Zijn het de moslims? Zijn het de gays? Is het de lgtb-gemeenschap? De vaccintwijfelaars gingen zelfs zover zichzelf als nieuwe gele sterrendragers te beschouwen. Van begripsinflatie gesproken. Wees niet te snel om Hitler te roepen, wees niet de jongen die ‘wolf’ schreeuwde.

Eigen kerk

Zoals wel vaker voor dit soort boeken geldt – ik denk aan Extreemrechts. De geschiedenis herhaalt zich niet (op dezelfde manier) van Vincent Scheltiens en Radicaal-rechtse seks van Katrien Jacobs, beide uit 2021 – wordt ook hier voor eigen kerk gepreekt. Men zal een Vlaams Belanger dit soort boeken niet snel zien lezen. Je hoopt dan vurig op een boek dat niet voor eigen kerk preekt. Een boek dat de andere kerk laat inzien dat zij dwaalt. Een satire misschien? Een parabel in boekvorm die zogezegd bedoeld is voor extreemrechts maar die op slinkse wijze de rechtse lezer tot democratische inkeer brengt?

Mogen wij dat hopen? Of wordt het toch zoals Koert Debeuf zegt in zijn boek Tribalisation. Why war is coming (2018): oorlog? Oorlog, die immer noodlottige liefdesaffaire met geweld. Een spel bedacht door ouderen maar gespeeld door kinderen, jongens die verliefd zijn op geweld. Het infant in infanterie is niets minder dan een enfant, een kind dus. Een liefde duurt vier jaar, de tijd om de verliefdheid te laten uitdoven. Niet toevallig de duur van WOI en II.

Deze week voetbalde Marokko tegen België en na de Marokkaanse overwinning draaide het uit op rellen. Dat hoeft niet te verbazen. De relatie tussen sport en oorlog is als die tussen porno en seks. Beide zijn vervangproducten voor het echte spul. Er werd achteraf geopperd dat de jonge relschoppers ‘moreel verlof’ hadden genomen. Dat zij tijdelijk hun ethisch besef opgeschort hadden. Dat zij goed en kwaad opzijgezet hadden om zich over te geven aan de overwinningsroes. Dat kan.

Iets zinnig zeggen over waar de geschiedenis ons heenleidt is even moeilijk als de toekomstige hoedenmode voorspellen. Maar een ding is zeker, zonder een hedendaagse hoedenmode, is er geen toekomstige, want wat vandaag is, daar zal morgen het gevolg van zijn. Op zo’n moment schrik je niet van het nieuws dat er in Duitsland een neonazinetwerk opgerold wordt met connecties tot op het hoogste niveau. Ook deze neonazisten namen moreel verlof, niet voor de duur van een match en haar nasleep, nee zij namen een morele vakantie van onbepaalde duur. Dat zoiets niet zonder gevaar is, toont het noodlottige jaar 1933; het jaar waarin de democratie ontspoorde.

Verhofstadt schetste met zijn boek Dagboek 1933. Het gevaar van extreemrechts een donker maar scherp beeld van verwarrende tijden.

Jan-Willem Geerinck

Kernlid Liberales

Dagboek 1933. Het gevaar van extreemrechts kwam uit bij Houtekiet.

Print Friendly and PDF
Johan Braeckman atheïst van het jaar 2022

Johan Braeckman atheïst van het jaar 2022

Februari 1933 – Uwe Wittstock

Februari 1933 – Uwe Wittstock