De vrolijke naturist – Floris van den Berg
Nauwelijks twee seconden duurde het. Tijdens de pauze van de Superbowl in 2004 in de Verenigde Staten had Justin Timberlake een stukje van de beha van Janet Jackson opzij geschoven waardoor meer dan 100 miljoen kijkers de blote tepel van de rechterborst van Janet te zien kregen. Deze gebeurtenis leidde tot algemene verontwaardiging en kreeg de benaming ‘Nipplegate’. Zowat 500.000 kijkers legden klacht neer. Het televisiestation CBS kreeg een boete van meer dan een half miljoen dollar en verontschuldigde zich. Jackson kreeg een stroom van negatieve kritiek, en zelfs doodsbedreigingen, over haar. Dit voorval toonde aan dat het tonen van menselijk bloot nog steeds fel wordt afgekeurd, ook in zogenaamde ‘vrije’ landen als de Verenigde Staten en Europa.
Het dragen van allerlei kledingstukken vormde gedurende de hele menselijke geschiedenis een onderwerp van discussie. Adam en Eva liepen volgens de Bijbel in het paradijs, bloot rond, tot Eva in de appel van de wijsheid beet en ze allebei verdreven werden, met schaamte over hun naaktheid. Onder impuls van het christendom schilderde men nadien een vijgenblad over hun geslachtsdelen. In zijn boek De vrolijke naturist wijst de Nederlandse filosoof Floris van den Berg op het feit dat men tegenwoordig het afbeelden van naakt veel minder tolereert dan het uitbeelden van geweld. Neem Netflix: je kan tal van series bekijken over fysiek geweld en doodslag, tot onthoofdingen toe, maar van zodra het over het afbeelden van naakt gaat is men veel terughoudender. In dat geval wordt de kijker gewaarschuwd voor beelden die de maatschappelijke norm overtreden, en niet mag gezien worden door minderjarigen.
Het centrale probleem met naaktheid heeft volgens Van den Berg, te maken met schaamte. In de periode voorafgaand aan het christendom vond men dit nauwelijks een probleem, maar toen Theodosius in 380 het christendom uitriep tot staatsgodsdienst, sloeg het christelijke puritanisme toe. Gekend is het voorbeeld van de filosofe Hypathia die leefde in de vierde eeuw en naast filosofe ook wiskundige was. Zij werd om misogyne redenen veroordeeld en vermoord. Men rukte haar de kleren van het lijf en sleurde haar achter een paard doorheen de stad als toonbeeld van onzindelijkheid. Die afkeer voor het vrouwelijk naakt is kenmerkend voor de monotheïstische godsdiensten. Niet of nauwelijks geklede vrouwen werden geassocieerd met het kwade en vaak beschouwd als heksen of hoeren. Met de opkomst van het christendom en de kerstening van de zogenaamde barbaarse volkeren, nam de preutsheid toe.
Die preutsheid bezorgde nogal wat kunstenaars problemen. De Franse antiklerikale kunstenaar Gustave Courbet schilderde in 1866 zijn L’origine du monde (De oorsprong van de wereld), een liggende vrouw met gespreide dijen, zodat haar vulva met een bos schaamhaar duidelijk zichtbaar is. Het werk zorgde voor storm van protest. Hetzelfde overkwam de Franse kunstschilder Édouard Manet met twee van zijn werken. In 1863 maakte hij zijn Le déjeuner sur l’herbe (Picknick op het gras), waarbij enkele goed geklede mannen samenzitten met een naakte vrouw. Het werk werd geweigerd op de Parijse salon, de belangrijkste tentoonstelling van kunst in Frankrijk. Nog meer kritiek kreeg Manet met zijn werk Olympia, een courtisane die naakt op haar bed ligt met aan haar voeteinde een zwarte kat, symbool voor prostitutie. Veel conservatieve christenen namen er aanstoot aan en noemden het afzichtelijk, immoreel, en vulgair. Een staaltje van hypocrisie want iedereen wist dat het juist die kritische mannen waren die er dergelijke minnaressen op nahielden.
Nog in 1949 sprak het Vaticaan zich uit tegen de bikini, een kledingstuk om de borsten en de vagina te camoufleren. Dat lukte niet echt. In de jaren zestig namen steeds meer vrouwen het heft – in casus het lichaam – in eigen handen en toonden ze publiekelijk hun naaktheid. Tijdens de schoonheidswedstrijd voor Miss America 1969 protesteerden feministes door hun beha’s in brand te steken en steeds meer bloot van hun lichaam toonden, denk aan de minirok. Die bevrijdingsbeweging heeft het nu weer moeilijker. Men stelt dat naaktheid tot meer promiscuïteit leidt. Nochtans draagt de katholieke kerk zelf een verpletterende verantwoordelijkheid voor het massale seksueel misbruik van jongeren. Met de comeback van de religies, in het bijzonder van de islam, groeit opnieuw het taboe op naaktheid. Voorbeelden daarvan zijn de door mannen opgelegde boerka’s en boerkini’s. Ondanks de secularisering van de samenleving, de voorbije zeventig jaar, wordt naaktheid of schaarse kleding opnieuw maatschappelijk verworpen.
Toch bestond er de voorbije eeuw een beweging die het naturisme een filosofische grondslag gaf. Er bestonden en bestaan tal van naturistenverenigingen. Een legendarisch moment vormde ook de flower power beweging – denk aan het beruchte Woodstockfestival – die bloot accepteerde als een normale levenswijze. Zelfs nu lijken nog veel mensen het naturisme actief te beleven. Volgens Van den Berg zouden in 2010 zowat 1,9 miljoen Nederlanders met enige regelmaat bloot recreëren. Dat neemt niet weg dat de anti-blootbrigade actiever wordt. Zowel in het preutse Amerika, in orthodoxe islamlanden, onder orthodoxe joden, als op sociale media – denk aan Facebook dat systematisch vrouwelijke tepels verwijdert – wordt de vrijheid van vooral vrouwen, ingeperkt. Een treffend voorbeeld zagen we ook in 2018 toen de directie van de Manchester Art Gallery besloot om het kunstwerk Hylas en de nimfen van de Engelse schilder John William Waterhouse tijdelijk weg te halen omdat verschillende bezoekers hadden geprotesteerd dat er blote vrouwenborsten op te zien waren. Twee jaar voordien liet de Italiaanse overheid ook naakte beelden van mannen en vrouwen in de Musei Capitolini verstoppen achter houten panelen tijdens het bezoek van de Iraanse leider Hassan Rouhani aan Rome.
Van den Berg keert zich tegen dat opgelegde schaamtegevoel ten aanzien van naakt, maar pleit niet voor volledige schaamteloosheid. Schaamte kan nuttig zijn in het moreel gedrag. “Ik zou graag zien dat mensen zich diep schamen voor het consumeren van dierlijke producten en voor niet-duurzame levensstijlkeuzes, waaronder vliegen. En andersom, mensen zouden zich nooit hoeven te schamen voor hun naaktheid,” aldus de auteur, die zich in het verleden steeds heeft getoond als een rechtlijnige atheïst, veganist en liberaal. En nu dus als naturist. Vandaar mijn frons dat hij schrijft dat mensen zich zouden moeten schamen ‘voor hun uitgezakte en dikke lichamen’. Blijkbaar vergeet Van den Berg dat nogal wat mensen niet de middelen hebben om zich gezond te voeden, dat ze door slechte schildklieren of andere medische aandoeningen obees worden, of door genetische omstandigheden dik blijven. En zelfs als mensen zich nu eenmaal goed voelen als ze dik zijn, wat is dan het probleem? Zijn de vele anorectische modellen dan zoveel beter? En waarom zouden zij dat niet mogen zijn?
De vrolijke naturist is desondanks geen paternalistisch of pessimistisch boek, integendeel. In zekere zin is het eerder een utopisch werk, al beseft de auteur dat de meeste utopieën geen garantie bieden voor vrijheid en zelfbeschikkingsrecht. “Naturisme kan samengaan met andere ideologieën,” en Van den Berg wijst op tal van verbindingen tussen het naturisme enerzijds en het veganisme, atheïsme, feminisme, liberalisme, anarchisme en ecohumanisme anderzijds. De grondslag van zijn denken is en blijft het schadebeginsel van John Stuart Mill. Je bent vrij om te doen wat je wilt, voor zover je geen schade toebrengt aan anderen. In je adamskostuum rondlopen, leidt niet tot schade. Maar mag je als man met een erectie op straat staan? Of mag je copuleren in het publieke domein? Het antwoord daarop lees ik niet echt in dit boek. De auteur denkt dat het moet kunnen, maar geeft dat slechts schoorvoetend toe. Is hij zelf het onderwerp van het schaamtegevoel dat hem via school en opvoeding werd ingeprent?
De vrolijke naturist is een belangrijk boek. Zoals in zijn andere werken zoekt Van den Berg de grenzen van de vrijheid op. En dat doet hij opnieuw met verve. Sinds zijn boek Filosofie voor een betere wereld (2009) is hij een van de meest intrigerende, meest uitdagende en vooral meest consequente liberale denkers van onze tijd. Hij slaagde erin om in de voetsporen van Peter Singer de morele kring met tal van ideeën uit breiden tot de niet menselijke wezens en de toekomstige generaties. Onlangs vertelde hij mij dat zijn boeken voor geen meter verkopen. Dat is spijtig, want zijn ideeën en voorstellen zijn het waard om te overdenken. Wie de vrijheid koestert, kan niet om het oeuvre van Van den Berg heen.
Floris van den Berg, De vrolijke naturist, Boek-scout, 2021
Recensie door Dirk Verhofstadt voor Liberales.be