Waarom komt er altijd een nationaal debat als allochtonen zich misdragen? - Othman El Hammouchi
Het land staat in rep en roer vanwege een vechtpartij op het strand van Blankenberge. Een 50-tal jongeren uit Brussel, overwegend van allochtone origine, ging elkaar daar zaterdag te lijf. Ze vergrepen zich ook aan de politie toen deze probeerde tussen te komen. Zoals verwacht wordt dit incident door de usual suspects gerecupereerd voor hun racistische retoriek.
Het lijkt wel het nieuwe normaal te zijn geworden dat we een nationaal debat voeren over ‘diversiteit’ en ‘de multiculturele samenleving’ telkens wanneer allochtonen zichtbare criminele feiten plegen. Dit toont hoe het liberaal individualisme waarop onze vrijheid en welvaart gebouwd zijn in ijltempo aan het eroderen is. En dat is een zeer enge ontwikkeling.
Hoewel deze trend al een hele tijd aan de gang was, heeft de corona-crisis haar een stevige duw in de rug gegeven. Plots was elke schending van de gezondheidsmaatregelen door leden van een minderheidsgroep een glashelder bewijs van de ‘gefaalde integratie’. De talloze incidenten met blanke overtreders werden daarentegen steeds behandeld als afzonderlijke gevallen. De dubbele standaard is schokkend omdat hij zo onbeschaamd zichtbaar is.
Mogelijks nog meer alarmerend is echter dat de normale partijen ook meegaan in deze trend. Zelfs de Open VLD, die toch iets zou moeten geven om individuele verantwoordelijkheid, reageert vaak op zulke gebeurtenissen met formules over ‘samenleven in diversiteit’. Maar daar gaan incidenten zoals dat in Blankenberge helemaal niet over; ze gaan om personen die criminele feiten pleegden. Er bestaan wetten die dat bestraffen, rechtbanken om hen te veroordelen, politie om dat oordeel toe te passen. Kortom: de rechtsstaat die haar werk doet. Meer is er niet nodig. Individuele mensen zijn verantwoordelijk voor hun gedrag, wat hun kleur, geloof of geslacht ook moge zijn.
Dat elke zichtbare criminele overtreding door personen met allochtone roots aanleiding geeft tot een nationale discussie, toont hoe diepgeworteld de racistische tweederangsburgermentaliteit is in ons land. Er zijn feitelijk twee soorten burgers in het collectieve bewustzijn: ‘echte’ Belgen, wiens overtredingen op hun eigen conto staan, en allochtone Belgen, die als groep beoordeeld en bestraft moeten worden. Deze laatsten worden als ‘gasten’ beschouwd, die steeds opnieuw collectief moeten bewijzen dat ze het waard zijn om in hun eigen land te verblijven.
Dat is namelijk waar de beoogde ‘straf’ op zou uitdraaien, zoals we eenvoudig kunnen afleiden uit de verklaringen van extreemrechtse politici. Vorig maand nog zei Vlaams parlementslid Sam Van Rooy dat hij alle allochtonen die niet akkoord gaan met hem wilde deporteren, en naar aanleiding van het incident in Blankenberge reageerde zijn collega Bart Claes op zijn Facebook-pagina met ‘Allemaal buiten!’. Dat dit niet meteen beelden oproept van de donkerste episodes uit de 20ste eeuw, toont hoezeer de normalisering van haat is gevorderd. Elie Wiesel had gelijk, zo blijkt: het antoniem van liefde is niet haat, maar onverschilligheid.
Er is nood aan institutionele maatregelen om zulke retoriek te bedwingen. De EU moet samenwerken met internetbedrijven als Facebook en Twitter om berichten die oproepen tot bestraffing van hele bevolkingsgroepen te verwijderen – waar overigens al plannen voor bestaan. Dergelijke berichten zijn immers een vorm van raciale hetze, wat niet beschermd wordt onder vrijheid van meningsuiting. Ze zijn bijzonder gevaarlijk in tijden van corona, nu mensen gefrustreerd zijn door de maatregelen en het thuisblijven en dus extra vatbaar zijn voor zulke uitlatingen. Het is geen toeval dat de meest intense middeleeuwse jodenpogroms plaatsvonden in periodes van algemene ophitsing, zoals kruistochten of pestuitbraken.
Maar het diepere probleem is de heersende mentaliteit op het Continent, die een onweerstaanbare drang voelt om het individu te onderwerpen aan de collectiviteit via de staat. Een van de beste verwoordingen van dit denken is afkomstig van Rune Lykkeberg, hoofdredacteur van Dagbladet Information, die enkele jaren geleden de New York Times te woord stond over de discriminerende getto-wetten in zijn land. Deze bepalen onder meer dat bewoners van bepaalde migrantenwijken (‘getto’s’) gedwongen moeten verhuizen, hun kinderen een vast aantal uur aan de Deense staat moeten afgeven en hogere straffen krijgen voor dezelfde misdaden. Het zijn collectieve strafmaatregelen die extreemrechts ook bij ons maar al te graag zou willen invoeren.
‘De Angelsaksische opvatting’, legde Lyukkeberg uit, ‘is dat de mens van nature vrij is, en dat de staat dan pas komt om die vrijheid te beknotten. Onze opvatting van vrijheid is andersom: de mens is slechts vrij binnen de samenleving.’ Dit is de wortel van het lijden en de miserie die we in de 20ste eeuw hebben meegemaakt. Als mensen au fond slechts instrumenten zijn van de staat, dan is elke behandeling toegestaan zolang een meerderheid acht dat het algemeen welzijn ermee gediend is. Zelfs deportatie of opsluiting van hele bevolkingsgroepen.
Het enige obstakel dat ons van zulke barbarij scheidt, is het beginsel van individuele vrijheid en verantwoordelijkheid dat zo mooi verwoord werd in de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring:
‘Wij beschouwen deze waarheden als vanzelfsprekend, dat alle mensen gelijk geschapen zijn; dat ze door hun Schepper begiftigd zijn met bepaalde onvervreemdbare rechten; dat deze onder meer leven, vrijheid en de zoektocht naar geluk behelzen; dat overheden ingesteld worden onder de mensen teneinde deze rechten te beschermen, hun legitieme macht ontlenend aan de toestemming van de bestuurden’
Laten we daarom stoppen met het voeren van een nationaal debat telkens wanneer personen van allochtone origine een misdrijf begaan.
Othman El Hammouchi is filosoof en auteur