Een oude geschiedenis - Jonathan Littell
Eerste hoofdstuk. Zwembad, eruit klimmen, een gang in, steeds harder lopen, een klink tegenkomen en de deur openen. Er wordt overal veel geneukt, hedonisme ten top. In de laatste scène strijden burgers en overheersers extreem wreed met elkaar. Een deur gevonden die toegang biedt naar een zwembad. Het lijkt een grote langgerekte hallucinatie. Tweede hoofdstuk. Zwembad, eruit klimmen enzovoort. Opnieuw dient De dame met de hermelijn zich aan. Zitten we in een droom? Opnieuw wordt er eindeloos geneukt en opnieuw duikt een vrouw met meerdere telkens identieke littekens op. En ook hier dienen zich telkens nieuwe hardmetalen klinken aan die je steevast naar de volgende orgie leiden. En opnieuw ligt ergens een fotoalbum met naakte mannen en vrouwen die telkens een sekspositie innemen. En, eveneens opnieuw: onverklaarbare spanningspieken. Opnieuw een jochie dat getuige is van de seksuele uitspattingen van volwassenen. Een groepsorgie van homoseksuele mannen en opnieuw de afschuwelijke burgeroorlog. “God is groot” wordt er geroepen, zijn we in het Midden Oosten? En tot slot weer die duik in het alles wegspoelende water. Derde hoofdstuk. Opnieuw het zwembad verlaten, dit keer als vrouw, ogenschijnlijk dezelfde gang weer in tot een metalen klink toegang geeft tot een andere wereld, dezelfde scènes als in de vorige hoofdstukken, opnieuw wordt er geneukt; een walgelijke gewelddadige verkrachting annex seksscène en een even gewelddadige wraakoefening waarna een willekeurige deur wordt geopend, door een lange ongewisse gang wordt gesneld en een nieuwe ruimte lukraak wordt betreden. In iedere ruimte die tot nog toe bezocht werd lagen appels in een schaal. En als er muziek klinkt, is het steevast een pianoconcert van Mozart. Ook wordt er behalve bier vooral brandewijn gedronken. En overal zijn alleen sardientjes, uien en roggebrood te eten En vervolgens wordt de enscenering volstrekt surrealistisch om alweer snel over te gaan in een ranzige orgie. Inmiddels heb ik al een grondige hekel aan seks gekregen. De ik-persoon heeft het over genot maar ik ben allang afgehaakt en dit gaat uren door en voor ik het weet ben ik alweer in een nieuwe uiterst gewelddadige scène beland. Hoeveel kan een mens verdragen, hoeveel kan een lezer verstouwen? Het lijkt erop dat we in Afrika zijn beland. Zwembad. Vierde hoofdstuk. Het zwembad uit, een gang in, een klink gevonden, een nieuwe ruimte betreden, nog steeds een vrouw. Weer wordt er volop geneukt, de vrouw penetreert de man met een kunstpik, ze schijnt ervan te genieten, hij ook trouwens. We komen zowaar heel even in een Arcadië terecht. Hoe lang kan dit goed gaan? En ach, de volgende orgie dient zich alweer aan. Op naar de volgende gang en de volgende klink, we belanden in een legereenheid, kennelijk zijn we weer in de stadsguerrilla terecht gekomen, er vallen doden, achteloos. Een zwembad in. Vijfde hoofdstuk. Het zwembad weer uit, een gang, een klink, een tuin, de ik is nu een klein jochie. Tal van avonturen waar geen touw aan vast te knopen is, niets wat op enig verband duidt behalve dan dat zelfs de kinderwereld van een ongekend nare wreedheid is en voor we het weten zijn we deelgenoot van een pogrom tegen joden, het jongetje is getuige van de slachtpartijen in Babi Jar en komt in een zwembad terecht. Zesde hoofdstuk. Het zwembad weer uit, ach u kent de volgorde inmiddels en de ik is weer een jonge vrouw. Maar dit keer wel met een pik. Een politiekazerne nu, is het jongetje uit het vorige hoofdstuk verdronken? We zijn in Amerika. En, u begrijpt het al: ook hier wordt weer driftig geneukt. Om vervolgens uit te komen op de set van een pornofilm, ja waarom ook niet? Meteen daarop wordt er weer voor de fun geneukt. Dit keer met een drugsbaron maar al snel belanden we in een nieuwe orgie van geweld en wanneer je denkt dat het toch echt niet nog smeriger en ranziger kan worden is er weer de verlossing van het zwembad. Zevende hoofdstuk. U kent de routine. Alleen negeert de ik-figuur de eerste klink en komt bij de tweede klink voor het eerst in een onbekende tuin. Ik is nu een man. Man neukt andere man. Met littekens van enkele hoofdstukken terug. Maar toen zaten ze nog op een vrouw. En voor de zoveelste keer gaat een tong een anus binnen. Ik gruw er al niet meer van, integendeel het is al heel erg lang strontvervelend. Evenals het kennelijk onvermijdelijke geweld dat ook nu weer overal opspat. Maar kom, we moeten verder en de ik neukt een muur vol met anussen, veel smeriger kan het nu toch echt niet worden, denk je dan maar hoe toepasselijk: het boek eindigt met een gore verkrachting en het doden van het onschuldig kind dat ik al verdronken waande. De ik weet het ook niet meer, heeft kennelijk genoeg geneukt, verkracht en gemoord en duikt het verlossende water in.
Wat voor boek heb ik in vredesnaam gelezen? Welk verhaal wil Littell ons vertellen? Een oude geschiedenis. Maar dat weten we al sinds de titel. Is de ik een Fosca* maar dan anders? Of gaat het hier om het kille emotieloze geweld van Ernst Jünger in Op de Marmerklippen? Gaat het over de ontembare bloeddorst van mannen? Over vrouwen die geknecht, altijd geknecht worden door de man en desondanks hun eigenheid moeten zien te bewaren, hun eigen seks hun eigen genot moeten zien te behouden? Is the woman the nigger of the world? Is de mens alleen maar in staat tot blinde seks en blind geweld? Is de man alleen maar in staat of bereid tot gewelddadige seks? Littell toont ons een pornografische wereld waarin seks alleen maar op de meest achteloze wijze wordt bedreven; hij heeft het af en toe over genot en er spat van alles van de pagina’s af maar genot is daar geen deel van. Hij brengt ons in de wereld van Boko Haram, Babi Jar, Syrië, de drugskartels en het stompzinnige Amerikaanse geweld en geweld lijkt in zijn wereld altijd gepaard te gaan met seks, porno en verkrachting. Littell lijkt danig gepreoccupeerd te zijn met de anus. En ook lijkt hij leentjebuur te hebben gespeeld bij Houellebecq. Er is veel (althans door mij) onbegrepen symboliek in dit boek. Waarnaar verwijst de Dame met de hermelijn? Die hermelijn blijkt een fret te zijn en lijkt te verwijzen naar een geheime minnaar. Maar wat doet dat schilderij in dit boek? Staan de sardientjes en het roggebrood ergens symbool voor? Wat doen die uien daar? En die overal voor het grijpen liggende appels? De paradijstuin? De mens is zelf de duivel? Wat is de betekenis van het fotoalbum met naakte mannen en vrouwen? En dan die eindeloze, op den duur inderdaad soms letterlijk strontvervelende seks, altijd maar weer gekoppeld aan geweld. Het mensbeeld van Jonathan Littell is inkt- en inktzwart. De mens is slechts geneigd, slechts in staat tot seks en geweld. Ja, je kunt de menselijke geschiedenis op deze wijze schilderen. Dimitri Verhulst liet in Godverdomse dagen op een godverdomse bol een heel andere manier zien. Je kunt ook Sapiens van Yuval Noah Harari lezen of al die andere publicaties over de evolutie en over de rol van de menselijke soort op het wereldtoneel. En je kunt deze Oude geschiedenis van Jonatahn Littell lezen maar dit is niet bepaald een fijn boek. Wat een teleurstelling na dat fenomenale De welwillenden!
* Hoofdpersoon uit Niemand is onsterfelijk van Simone de Beauvoir.
Een oude geschiedenis, Jonathan Littell, Uitgeverij de Arbeiderspers, 2019