De Fransen doen het economisch beter dan de Amerikanen - Paul De Grauwe

De Fransen doen het economisch beter dan de Amerikanen - Paul De Grauwe

Frankrijk heeft gekozen tegen het uiterst rechtse nationalisme. Daarmee volgt het de trend die zich reeds had ingezet met de Oostenrijkse en Nederlandse verkiezingen. Het contrast met de Angelsaksische landen is treffend. Het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten zijn gezwicht voor het nationalistisch spook. Vanwaar komt dit verschil? Heeft het iets met economie te maken? Ik denk het wel. Laten we de economische prestaties van Frankrijk even vergelijken met deze van de VS.

We zijn het gewoon te horen dat de VS economisch goed presteren, terwijl Frankrijk een 'economische lappenmand' is, zoals de andere kwaliteitskrant in Vlaanderen nog titelde verleden zaterdag. De productie per hoofd van de bevolking in de VS is ongeveer 25 procent hoger dan in Frankrijk. Dat gegeven wordt dikwijls aangehaald door diegenen die de VS als een superieure economische machine beschouwen. Dat verschil volgt echter uitsluitend uit het feit dat de Amerikanen veel meer uren per week werken, minder op vakantie gaan en langer blijven werken. Als we de productiviteit per gewerkt uur vergelijken dan zien we dat de Franse werknemer even productief is als de Amerikaanse. Hij of zij heeft echter een andere keuze gemaakt en heeft gekozen voor minder werk en meer vrije tijd.

En de werkloosheid dan? Die is inderdaad ongeveer tweemaal hoger in Frankrijk dan in de VS. Maar werkloosheidsstatistieken kunnen ook liegen. De lage werkloosheidsstatistieken in de VS hebben veel te maken met het feit dat miljoenen mensen zich, ontmoedigd, uit de arbeidsmarkt hebben teruggetrokken en geen werkloosheidsuitkeringen krijgen. Dat wordt bevestigd als we de tewerkstellingsgraad in de VS vergelijken met deze in Frankrijk. In 2016 was bijna 80 procent van de Fransen tussen 25 en 54 jaar aan het werk. In de VS was dat maar 78 procent. Maar het belangrijkste verschil tussen Frankrijk en de VS is de manier waarop de materiële welvaart wordt verdeeld. En hier is Frankrijk duidelijk superieur.

Statistieken over de inkomensverdeling laten duidelijk zien dat de ongelijkheid in Frankrijk nauwelijks is toegenomen, terwijl de ongelijkheid in de VS gedurende de laatste veertig jaar op dramatische wijze is gestegen. Uit een studie van Pikkety, Saez en Zucman blijkt dat sinds 1970 het reële inkomen van de Amerikanen in de laagste 50 procent van het inkomensspectrum ongewijzigd is gebleven (ongeveer €15.000 in prijzen van 2014). Gedurende dezelfde periode is het gemiddelde inkomen per hoofd in de VS meer dan verdubbeld. Dit betekent dus dat de groei van de materiële welvaart in de VS uitsluitend gegaan is naar de Amerikanen die zich in de top 50 procent van de inkomensverdeling bevinden (en binnen die top 50 procent is het vooral de top 10 procent die de grootste inkomensgroei heeft gekend).

De andere helft van de Amerikaanse bevolking heeft van die groeiende materiële welvaart niets gemerkt. In Frankrijk ligt dat helemaal anders. Sinds 1970 is het reële inkomen van de Fransen in de laagste 50 procent van de inkomensverdeling meer dan verdubbeld (van ongeveer 8.000 dollar naar 18.000 dollar). De Fransen in de laagste 50 procent van de inkomensverdeling hebben mee geprofiteerd van de welvaartsgroei. Het feit dat 50 procent van de Amerikanen uitgesloten werd van de welvaartsgroei sinds 1970 en dat in Frankrijk die laagste 50 procent wel mee genoten heeft van de welvaartsgroei is voor mij het teken bij uitstek dat het Franse (en bij uitbreiding het Europese) economische model superieur is aan het Amerikaanse.

Het wordt tijd dat we in Europa afstappen van het idee dat we door structurele hervormingen meer op Amerika moeten lijken. De superioriteit van het Franse (en Europese) economische model op het Amerikaanse ligt volgens mij ook aan de basis van het feit dat Amerika heeft gekozen voor een uiterst rechts nationalisme en Frankrijk (en Europa) niet. Daarmee wil ik niet zeggen dat Frankrijk geen problemen kent. Er zijn in Frankrijk ook grote delen van de bevolking die verliezers zijn van de globalisering. Als Macron geen oog heeft voor die verliezers, zal hij over vijf jaar zelf een verliezer zijn.

 

Paul De Grauwe

De auteur is professor economie aan de London School of Economics.

Dit opiniestuk verscheen eerst in De Morgen van 9 mei 2017.

mailto:info@liberales.be 

Print Friendly and PDF
Nieuwe vrijheid - Gwendolyn Rutten

Nieuwe vrijheid - Gwendolyn Rutten

Radicalisering ontrafeld - Teun van Dongen

Radicalisering ontrafeld - Teun van Dongen