De vrijheid van de grens - Paul Scheffer
Onze hedendaagse samenleving lijkt zich steeds meer te verdelen in twee kampen: dat van de nationalisten, die zich terug wensen te treken achter de eigen grens en zich daarmee af willen schermen van de buitenwereld, en dat van de kosmopolieten, die juist de grenzen willen doen verdwijnen en de buitenwereld wensen te omarmen. In de ogen van deze laatste groep, de kosmopolieten, zijn grenzen iets wat eigenlijk niet bestaat. Men acht zich immers wereldburger. En als grenzen er al zijn dan dienen deze zo snel mogelijk te verdwijnen.
Het is deze groep waar het essay van Paul Scheffer – auteur van onder meer Het Land van Aankomst – De vrijheid van de grens, geschreven voor de maand van de filosofie, zich op richt. In zijn boek pleit hij voor een kosmopolitisme wat juist niet pretendeert dat grenzen niet bestaan, maar wat juist erkent dat er wel degelijk grenzen zijn, waar men bereid is overheen te gaan. Oftewel, in Scheffer’s woorden: ‘Een waarachtig kosmopolitisme ligt niet in de ontkenning van grenzen, maar in de verkenning van die grenzen en in de poging om ze te overschrijden’. Daarbij zouden kosmopolieten zich niet alleen moeten richten op het vreemde, maar ook meer aandacht moeten besteden aan het eigene.
Hij quoteert hierbij Rousseau die stelde: ‘Wantrouw de zogenaamde kosmopolieten die in de diepten van hun boeken de plichten zoeken die ze thuis beneden hun waardigheid achten. Dit soort filosofen belijdt liefde voor de Tataren om verschoond te blijven van het liefhebben van hun naasten.’ En een voorwaarde om ook zich op het eigene te kunnen richten is dat er wel degelijk grenzen zijn. Grenzen, die weliswaar open zijn, maar waarmee een gemeenschap ook afgebakend kan worden om zo solidariteit binnen deze gemeenschap te bewerkstelligen, waarmee de chaos in de wereld geordend kan worden, en waarbinnen vrijheid gegarandeerd kan worden.
Grenzen zijn dus voor elke staat en samenleving van cruciaal belang. We kunnen niet zonder grenzen. Maar deze erkenning is niet altijd bon ton, zeker niet in kosmopolitische kring. Scheffer’s essay laat echter zien waarom we grenzen dus wel degelijk nodig hebben, zelfs als kosmopolieten zijnde. Maar zijn boek is niet alleen een pleidooi voor een kosmopolitisme wat juist gepaalde grenzen omarmt, het is veel meer dan dat. Hij raakt ook, in de context van het behandelen van grenzen, aan een aantal belangrijke thema’s die hoog op de hedendaagse agenda staan. Het fenomeen Globalisering bijvoorbeeld.
In een tijd waarin we menen in een geglobaliseerde samenleving te leven, vindt het overgrote deel van de handel en onze persoonlijke contacten nog steeds plaats met de nabije omgeving. Ondanks dat we met een paar muislikken contact kunnen hebben met mensen over de hele wereld, en overal naartoe kunnen vliegen, richten we ons nog steeds voornamelijk op onze eigen omgeving. Scheffer laat hiermee zien dat we het gehalte van hoe ‘geglobaliseerd’ wij zijn dus niet moeten overdrijven. Het overgrote deel van de wereldbevolking is immers nog steeds primair lokaal georiënteerd.
Scheffer behandelt daarnaast ook de vluchtelingencrisis in de context van grenzen. Hij stelt hierbij dat het cruciaal is om ook hierbij grenzen te trekken. Niet alleen qua aantallen vluchtelingen die we in Europa toelaten, maar ook wanneer het gaat om de Europese buitengrenzen. In het hedendaagse Europa is het volgens Scheffer immers van belang dat we in de context van de vluchtelingencrisis niet de Europese binnengrenzen opnieuw instellen, maar dat we werken aan een gezamenlijke buitengrens, waar mensen niet zomaar overheen kunnen gaan. Want een grens schept immers orde in de chaos, en garandeert vrijheid en burgerrechten binnen deze grens.
Ook in tijden van migratie en vluchtelingenstromen is het daarom van belang controle te houden over de eigen grenzen, over wie er over die grens heengaat, en daarbij te beseffen dat juist om vrijheid en burgerrechten hier in Europa te garanderen niet ieder persoon die dat wil hier binnen gelaten kan worden. Want, zo stelt Scheffer ‘Juist om genereus te blijven hebben we grenzen nodig’. Gaan we daaraan voorbij dan ontlopen we niet alleen onze verantwoordelijkheden maar dreigen we ook af te glijden naar een woede die uiteindelijk over kan gaan in barbarij hier in Europa.
Het afschaffen van grenzen is dus geen oplossing voor Scheffer, juist het erkennen en handhaven van grenzen is cruciaal. Niet alleen om kosmopolitisch te zijn en te blijven, of om vrijheid, burgerrechten en solidariteit te kunnen garanderen, maar ook om op verantwoorde wijze te kunnen blijven handelen. Grenzen zijn immers nodig om orde in chaos te scheppen, en Scheffer refereert hierbij ook aan de verantwoordelijkheidsethiek van Weber die stelde dat je moet instaan voor de gevolgen van je handelen, in plaats van puur vanuit principiële overtuigingen te handelen zonder daarbij in te staan voor de gevolgen van dat handelen. Veel denkers en politici in Europa kunnen hier dan ook lessen uit trekken.
Scheffer levert met zijn essay dan ook een belangrijke bijdrage aan enkele van de grote debatten van deze tijd: de debatten over grenzen, tussen kosmopolieten en nationalisten, over vluchtelingen en over Europa. In elk van deze debatten kunnen de ideeën die Scheffer in dit essay naar voren brengt, ter harte genomen worden. Scheffer toont hiermee aan een denker te zijn die –net als met zijn werk Het Land van Aankomst – het aandurft op grote, sterk gepolariseerde, thema’s duidelijk stelling te nemen in een genuanceerde middenpositie en vooruit te denken vanuit idealen maar tegelijkertijd ook met realisme, en is hiermee een voorbeeld waar veel andere prominente hedendaagse denkers nog veel van kunnen leren.
De vrijheid van de grens is dan ook verplicht leesvoer voor eenieder die zijn of haar gedachten wil verrijken met eloquente en genuanceerde bespiegelingen over enkele van de grote thema’s van deze tijd. Het is een boek dat, ondanks de beperkte omvang, zeker velen aan het denken zal zetten. Een wenselijk resultaat van een essay geschreven voor de maand van de filosofie.
Recensie door Gert Jan Geling
Paul Scheffer, De vrijheid van de grens, De Bezige Bij, 2016