KZ-syndroom. Een litteken dat nooit verdwijnt - Henri Heimans & Dirk Verhofstadt
Op dinsdag 12 maart 2024, deed de rechtbank van eerste aanleg in Gent uitspraak over de rechtszaak tegen Dries Van Langenhove en zes andere leden van Schild & Vrienden. Daarmee is de zaak nog niet afgelopen, want nog vóór het vonnis bekend wad, had Dries Van Langenhove aangekondigd in beroep te gaan tegen de uitspraak. Maar een eerste stap zal genomen zijn. Voor oud-rechter Henri Heimans wordt het een emotionele dag. Hij stelde zich burgerlijke partij in deze zaak, geschrokken door wat de Pano-reportage toonde aan berichten die Schild & Vrienden-leden uitwisselden. Onder het mom van grappen werd sympathie betoond met de nazi’s, werden de Holocaust en de slachtoffers ervan geminimaliseerd en geridiculiseerd, en werden negationistische haatboodschappen verspreid. Morgen weten we of het inbreuken zijn op de wet tegen het negationisme.
Toevallig – men had gehoopt dat de rechtszaak tegen Dries Van Langenhove en Schild & Vrienden vroeger zou afgehandeld zijn – werd diezelfde dag in Gent ook het lijvig boek voorgesteld dat Henri Heimans en Dirk Verhofstadt schreven: KZ-Syndroom. Een litteken dat nooit verdwijnt. De letters KZ staan voor het Duitse begrip Konzentrationslager (“concentratiekamp”). Het is het verhaal over Henri Heimans’ ouders die beiden opgepakt werden door de nazi’s, waarna vader Genia Heimans de hel van Breendonk en dwangarbeid in Auschwitz en nog een tweede concentratiekamp moet meemaken, en moeder Maria ‘Rie’ Goethals naast martelingen het concentratiekamp van Ravensbrück moet meemaken. Het gevolg voor Rie is een posttraumatische stressstoornis die haar tot tachtig procent invalide maakt, met het voortdurend herbeleven of dromen van onaangename oorlogsgebeurtenissen. De walgelijke Schild & Vrienden-beelden komen binnen als een mokerslag bij Henri Heimans. Bij therapiesessies stuit hij op onverwerkte emoties uit zijn kindertijd: het aan den lijve ondervinden van financiële tekorten en eenzaamheid, en de zorgen voor zijn ouders. Een transgenerationeel trauma waarbij de traumatische ervaringen van zijn ouders ook bij Henri Heimans wonden hebben geslagen, als kind en later als volwassene.
Henri Heimans’ ouders zijn migranten: vader is afkomstig uit Letland, moeder uit Nederland. Vader is bovendien Jood. Genia Heimans komt als baby van zes maanden aan in België, zijn ouders zijn gevlucht voor het antisemitisme. In 1935 trouwt Genia met Yvonne Desoignies. De wereld van Genia en Yvonne verandert snel met Hitler aan de macht in Duitsland, een relatiebreuk tussen Genia en Yvonne, anti-Joodse verordeningen in België en Genia die aangehouden wordt nadat hij eerder een paar dagen onderdak had gegeven aan twee mensen uit het verzet. Genia wordt op 25 april 1943 vanuit Brussel naar het Fort van Breendonk gebracht. De liefde brengt Rie van Middelburg (Nederland) naar Brussel waar ze aan het conservatorium viool studeert, actief wordt als communiste en vervolgens in het verzet gaat met het Onafhankelijkheidsfront waarvoor ze vooral clandestiene blaadjes verspreidt. Begin april 1942 wordt Rie om vijf uur ’s morgens van haar bed gelicht nadat een collega-muzikant betrapt werd met een sluikblad en de man verklapt wie hem het sluikblad bezorgde. De Gestapo brengt Rie op 30 mei 1942 naar het treinstation van Schaarbeek. Na een aantal tussenstops belandt Rie in het concentratiekamp van Ravensbrück. Haar echtgenoot Rudolf Schönberg is ook actief in het verzet en werd waarschijnlijk doodgemarteld door de Gestapo.
Nadat Dirk Verhofstadt zijn magistraal Dagboek 1933 publiceerde, ging hij samen met Henri Heimans alle plekken opzoeken waar vader en moeder Heimans naartoe werden gebracht door de nazi’s. In februari 2022 rijden ze vanuit Gent naar het Fort van Breendonk en zien daar tot hun aangename verrassing twee groepen Franstalige scholieren die ook het doorgangskamp bezoeken. Overigens werd in 2023 met 109.473 mensen een bezoekersrecord gevestigd in Breendonk. Een jaar later nemen Verhofstadt en Heimans de trein naar Duitsland om er het concentratiekamp van Ravensbrück te bezoeken, waar onder andere in de benen van een aantal vrouwen verwondingen worden aangebracht, waar dan bacteriën, vuil stof, glas en houtsplinters worden ingenaaid om de impact van granaatscherven na te bootsen. Enkele dagen later wordt op de vrouwen een nieuwe anti-infectiemedicatie uitgetest. Twee slachtoffers slagen erin om dit in brieven te melden, maar het Internationale Rode Kruis reageert niet. Andere vrouwen in Ravensbrück moeten stevige, warme kledij maken voor de Duitse soldaten. Concentratiekampen zijn leveranciers van goedkope arbeidskrachten. Meer dan zeven miljoen mensen moesten er als dwangarbeider werken voor de Duitse industrie. Siemens bijvoorbeeld profiteerde graag van de fijne vrouwenhanden in Ravensbrück om met precisie dunne kabels te trekken, te lassen en assembleren.
In maart 2023 landen Heimans en Verhofstadt op een luchthaven in de buurt van het bekende concentratiekamp van Auschwitz waar Genia probeerde te overleven. Zoals op alle andere plaatsen worden Heimans en Verhofstadt deskundig rondgeleid en krijgt de lezer een goed beeld van hoe het kamp eruit zag, hoe het leven er was, en voor Auschwitz ook hoe de nazi’s ervoor zorgden dat het gebruik van gaskamers en crematoria in de annex Birkenau zo goed als mogelijk geheim bleef voor de buitenwereld. De evacuatie uit Ravensbrück en Auschwitz, bij het naderen van de bevrijding door het Russisch leger, zijn twee aparte verhalen, maar al even mensonterend en wreed als het leven in de concentratiekampen. Genia komt zo onder andere in het concentratiekamp van Mauthausen terecht, waar het qua voeding en hygiëne beter is dan in Breendonk en Auschwitz, maar het even verderop in Ebensee harder werken is omdat de Duitsers hun oorlogsindustrie binnenin rotsen willen onderbrengen om de productie beter te beschermen tegen bombardementen. Als het voedsel op is, snijdt men vlees uit de billen van de doden en eet men dat op. Bij terugkeer in België vraagt een rijkswachter aan Genia om zijn papieren… alsof men in een concentratiekamp documenten mocht bijhouden.
Terug in Brussel ontmoet Genia Rie op een bijeenkomst van zieke en invalide vriendinnen uit de concentratiekampen. Vanaf dan laten ze elkaar nooit meer los. Via de kranten volgen ze de rechtszaken tegen hun en ander kamppersoneel. De collaborateurs klagen dat ze te hard zijn aangepakt. Nochtans worden van de 2.940 uitgesproken doodstraffen slechts 242 effectief uitgevoerd, en tegen december 1950 is meer dan 95 % van alle veroordeelde collaborateurs vrijgelaten. De gezondheid van Rie gaat achteruit. Migraineaanvallen en nachtmerries volgen elkaar snel op. Zelf gaan spreken of nog maar een vergadering bijwonen over het kampverleden kan ze niet. Een viool heeft ze nog steeds, maar raakt ze niet meer aan. Vandaar de illustratie op de cover van het boek: een viool met prikkeldraad in plaats van snaren. In 1989 valt Rie thuis in coma en sterft ze een uur later op 78-jarige leeftijd. Daags tevoren was ze toch nog naar een bijeenkomst van vrouwen van Ravensbrück gegaan. Met de opkomst van het Vlaams Blok voelt Genia de demonen van het verleden terugkeren. Hij begint verwoed te schrijven aan 240 bladzijden memoires. In 2002 overlijdt hij op 92-jarige leeftijd.
Na bijna vijfenveertig jaar voor justitie te hebben gewerkt, en zich in het bijzonder bekommerd te hebben voor de geïnterneerden waarvoor hij de Prijs voor Mensenrechten krijgt, gaat Henri Heimans in 2015 op pensioen. Vanaf dan neemt hij de tijd om op zoek te gaan naar het stille, onverwerkte verleden van zijn ouders en begint hij aan grondig opzoekingswerk. Met de hulp van Dirk Verhofstadt werd het samengebracht in een boek dat een grondig naslagwerk is over de concentratiekampen, de tijdsgeest toen en de lessen voor vandaag. Niet voor niets begint en eindigt het boek met verwijzingen naar Schild & Vrienden.
Een pluim tenslotte voor het plaatsen van de 589 voetnoten onderaan de bladzijde telkens als verwezen wordt naar een voetnoot. Zelf lezen we graag wat de bron is of wat de verdere uitleg is, en niets is zo vervelend als dan telkens x-aantal bladzijden verder te moeten bladeren, en dan terug te moeten bladeren. Dat er bij de 589 voetnoten al eens iets fout loopt (een artikel dat wij schreven, wordt vermeld als een artikel van Schamper; een interview met Jos Vander Velpen kan onmogelijk gepubliceerd zijn in 1921 vermits hij geboren is in 1948) is geen erg.
Henri Heimans en Dirk Verhofstadt konden niet alleen beroep doen op bekwame gidsen in elk van de concentratiekampen en andere plekken die ze bezochten, de memoires die vader Genia schreef en brieven en noties van moeder Rie, maar ook op alle mogelijke getuigenissen die geschreven zijn door mede-concentratiekampbewoners. Het wordt allemaal vlot gepresenteerd, maar daar moet een enorm researchwerk achter gezeten hebben. Het verhaal is geschreven alsof enkel Henri Heimans de pen vasthield. We kennen de werkverdeling tussen Henri Heimans en Dirk Verhofstadt niet, maar het verhaal is alleszins geschreven in een zeer toegankelijke taal.
Als de biografie van Hugo Claus van Mark Schaevers, spijts het onderbelichten van Claus’ engagement voor Charta 91 en afkeer voor het kolonialsme, vijf sterren krijgt, dan zeker evenveel sterren voor KZ-syndroom. Een litteken dat nooit verdwijnt.
Recensie door Antifascista Siempre
Henri Heimans & Dirk Verhofstadt, KZ-syndroom. Een litteken dat nooit verdwijnt, Houtekiet, 2024
Deze recensie verscheen eerst op https://affverzet.wordpress.com/2024/03/11/vijf-sterren-kz-syndroom-een-litteken-dat-nooit-verdwijnt/