Wat we van de grote filosofen kunnen leren - Svend Brinkmann
Er zijn al hele bibliotheken vol geschreven rond de vraag: hoe geven we zin aan ons leven? En toch slaagt de populaire Deense filosoof Brinkmann (auteur van onder meer de bestseller Standvastig) erin nog een bijdrage te leveren die er best mag zijn. Waar tot voor kort nog velen hun antwoorden probeerden te vinden in een religie, heeft dit baken de laatste decennia veel van zijn glans verloren. En daarom is de mens op zoek gegaan bij zichzelf, maar dan vooral met een bijna economische inslag: “Waar liggen mijn belangen? What’s in for me? Waar plaatst het mij in een of andere ranking? Kortom: alles moet meetbaar en nuttig zijn. Brinkmann kiest voor een andere invalshoek: een zinvol leven gaat niet om meetbare “waarde”, maar om “waarden”, of, zoals hij het noemt, “standpunten”. Het zijn telkens fundamentele thema’s zoals het goede, de waarheid, de liefde, de vergeving, enz.
Zo heeft hij slechts tien kernthema’s weerhouden, hoewel hijzelf aangeeft dat het er gerust nog meer hadden kunnen en/of mogen zijn. Telkens gebruikt hij een klassieke of meer moderne filosoof om zijn thema in te leiden en ontwikkelt dan verder zijn stelling. De boodschap is telkens dezelfde. Veel te vaak is een middel op weg naar geluk en zingeving een doel op zichzelf geworden. Gemakkelijk voorbeeld is natuurlijk de eindeloze rij mensen die heel veel geld willen verdienen, en daar dan ook letterlijk alles voor over hebben, maar eens ze zo ver zijn, eigenlijk nog niet gelukkig zijn omdat ze niet weten hoe dit geld op een voor hen zinvolle manier te besteden zodat het bijdraagt tot hun welzijn. Met andere woorden, zij zich goed zouden voelen.
Hetzelfde cliché over de liefde. Voor velen staat liefde gelijk met zich beter voelen, “vlinders in de buik”, tot innerlijke rust komen, enz. Dat zijn echter allemaal kenmerken die nogal egoïstisch overkomen. Het zegt vooral iets over hoe men zichzelf voelt. Met andere woorden hoe liefde een middel wordt om er zelf beter van te worden. Het zegt niets over de “waarde” van het begrip liefde op zichzelf. Volgens Brinkmann komt het begrip “aandacht” te weinig aan bod in onze moderne definities van liefde. En zo fileert hij elk van zijn tien standpunten. En daarbij komt hij zeker niet tot definitieve of onwrikbare conclusies. Dat is ook niet zijn doel. Hij wil ons er vooral toe aanzetten verder en diepee na te denken over zijn tien standpunten en er voor onszelf de nodige (levens)lessen uit te trekken.
Bovendien is het boek zo opgebouwd dat elk hoofdstuk ook afzonderlijk kan worden gelezen en begrepen, dus men hoeft niet in alle haast het boek in één ruk uit te lezen. Integendeel, het boek wil vooral aanzetten tot reflectie en daar mag best wat tijd worden aan besteed. Brinkmann doet dit op een magistrale wijze. Dit is zeker geen handboek dat enkel toegankelijk is voor doorwinterde filosofen, maar een helder geschreven boek. Ieder standpunt wordt geïllustreerd met vrij concrete voorbeelden of cases waarin iedereen zich gemakkelijk kan in terugvinden. Vandaar uit ontwikkelt hij dan verder zijn thesis dat we moeten leren los te komen van ons “instrumentalisme”, namelijk alles te benaderen in functie van hun meetbaar resultaat, en een aantal fundamentele waarden om hun verdienste op zichzelf te leren appreciëren: een goed mens, een waardig mens, een vergevingsgezind mens, een verantwoordelijk mens. Dat is niet in cijfers of tabellen te vatten.
Warm aanbevolen, want hoewel dit boek fundamentele levensvragen aansnijdt, gebeurt dit op een eerdere luchtige en aangename manier, zodat men hoe dan ook zin krijgt om verder te lezen én te denken.
Svend Brinkmann, Wat we van de grote filosofen kunnen leren, Bruna Uitgevers, 2017
Recensie door Mark Bienstman
mailto:mbienstman@hotmail.com