Kulturkampf: de nieuwe schoolstrijd - Denzel Vingerhoed
Afgelopen verkiezingen claimde N-VA-voorzitter Bart De Wever de ministerpost van onderwijs. Op het moment zelf was dat geen historisch nieuws. Het bevestigde nog maar eens dat de Zweedse coalitie over zo wat alles kon kibbelen. Toch opende De Wever met deze zet een nieuw debat, oftewel een oud debat dat nu is teruggekomen van weggeweest, de schoolstrijd. De Antwerpse burgemeester keek met teleurstelling naar de degeneratie van de kwaliteit van het Vlaams onderwijs door naar zijn zeggen de ‘pretpedagogie’. Dat lag in zijn ogen onder meer aan de dominantie van het katholieke schoolnet, of kort ‘de koepels’, die te weinig bezig waren met de essentie van het onderwijs. Leerkrachten moesten eindeloze statistieken invullen over het lesgeven en over de leerlingen, maar konden door dat bos de bomen niet meer zien. De oplossing, terug wat meer inspraak van de overheid van bovenuit, kwaliteit verbeteren en de administratieve werkdruk voor leerkrachten verlagen.
De kwaliteit van het onderwijs is niet de enige rede waarom de partij van De Wever zich op dit onderwerp stort. Het maakt deel uit van een strategie die bijdraagt tot het opnieuw vormgeven van onderwijs, en breder noch, onze Vlaamse cultuur. Dat alles gebeurt zonder dat we er bij stilstaan. Wie bepaalt de inhoud van die cultuur en welke impliciete bedoelingen heeft men wanneer men het onderwijs in een nieuwe richting wilt sturen? Deze analyse zal een antwoord bieden door de hedendaagse politiek te vergelijken in het licht van de schoolstrijd.
Naast het claimen van de ministerpost werpt de N-VA zich ook op een ander debat dat zich op de schoolbanken afspeelt, namelijk de plaats van religie in het onderwijs. Als het gaat over een islamitische school die salafisme of wahabisme predikt, waren Liesbeth Homans en Zuhal Demir er als de kippen bij de erkenning van deze scholen in te trekken. Welke plaats moet religie hebben in het onderwijs? De liberalen zijn dan weer van mening godsdienst gewoon af te schaffen en enkele uren Frans of wiskunde meer te geven. Het debat beperkt zich niet alleen in de politiek, de plaats van religie wordt weer openlijk betwist in het intellectuele debat en de publieke opinie. Maarten Boudry en Johan Bonny durven daarover wel al eens een hitsige discussie te voeren.
Maar wat was dat nu weer ‘een schoolstrijd’? Het wordt tijd om tot de essentie van dit artikel te komen. Die essentie is een blik werpen op het verleden en de situatie toen vergelijken met nu, en wie weet, misschien leren we er iets uit. De schoolstrijd was een conflict over een politieke invulling van het onderwijs in de negentiende eeuw, maar de hardnekkige vrijzinnigen en katholieken konden niet ophouden er over te discussiëren tot diep in de twintigste eeuw. Onze grondwet stelde dat er ‘vrijheid van onderwijs’ was die liberalen en katholieken elk op hun eigen manier interpreteerden. Liberalen zagen het als een mogelijkheid om staatsscholen op te richten die geen godsdienst meer zouden bieden en waar de toekomstige generatie kritisch en vrijzinnig zou worden opgevoed. De katholieken vonden die nieuwlichterij maar niets en interpreteerden de onderwijsvrijheid als een carte blanche voor de kerk om het onderwijs in België aan te bieden. Na meer dan een eeuw van afwisselend bestuur van liberalen naar katholieken werd het conflict beslecht in een finaal compromis, het ‘schoolpact’ van 1958.
In welke mate is die schoolstrijd van toen relevant voor vandaag? Kunnen we zelfs überhaupt spreken over een ‘strijd’? In de negentiende eeuw ging het er voor de ene om de macht van de ander te breken. Elk ieder had een visie over hoe de samenleving er diende uit te zien en dat begon bij de jeugd, dus het onderwijs, om daar al een vroege ideologische stempel op te drukken. Door godsdienst te bieden in het onderwijs kon men de harten en geesten winnen voor het katholieke kamp of net voor het liberale kamp door het af te schaffen.
Anno 2019 is de Katholieke Partij een Christendemocratische partij geworden concentrerend op welzijn en de Liberale Partij is een neoliberale partij geworden met eerder economische interesses. Door het Belgisch compromis in de vorm van het ‘schoolpact’ van 1958 is het onderwijsdebat irrelevant geworden. Tot de Vlaamse verkiezingen van mei 2019. Bart De Wever wenste koste wat kost de minister van onderwijs leveren bij de volgende regeringsformaties en maakte daarbij een eind aan een lang consensusbeleid tussen de drie traditionele partijen. Net zoals de liberalen van toen wilt de N-VA meer invloed van de overheid inzake onderwijs en heeft ze scherpe kritiek voor de katholieke koepels. Is de N-VA de Liberale partij geworden van vandaag? Ondanks de gelijkenissen klopt da niet.
Opvallend is wanneer N-VA als grootse partij uit de verkiezingen aan de formatiegesprekken begon er ineens sprake was van een ‘Vlaams Canon’. Zo een canon diende dan ook niet gewoon te bestaan, ze moest ingezet worden in de integratie van nieuwkomers en… in het onderwijs. De officiële rede was om de toekomstige generatie van Vlaamse jongeren ‘zich bewust te maken van hun Vlaamse identiteit’. Nu dat lijkt zeer sterk op wat onze historische vrienden van de Liberale en Katholieke partij wilde doen meer dan een eeuw geleden. De N-VA wilt de toekomstige generatie vormen naar hun visie van de samenleving, net zoals de Liberalen en Katholieken dat wilden. De N-VA stoot daarbij op de oude winnaar van die strijd, de ‘katholieken’ met hun koepels en wilt omdat ze zelf geen christelijke zuil heeft vanuit de overheid controle uitoefenen. Dat laatste doet ze niet alleen in het onderwijs, maar ook in de cultuursector, waar er een keuze is gemaakt voor welke cultuur men meer subsidies geeft en voor welke minder. Erfgoed krijgt een hogere plaats in de ranking dan andere vormen. En tot slot, wat met religie? Ook daar is de N-VA kritisch, sommige vormen van religie passen ook niet in het plaatje, conservatieve islam bijvoorbeeld. Zulke strekkingen stroken niet met ‘onze Vlaamse identiteit’ en de ‘westerse waarden van de verlichting’. Zo trekt de N-VA de stekker uit de subsidiariteit van zulke scholen of moskeeën, een methode die ook liberalen hebben gebruikt in vroegere tijden.
Betekent dat dat er dan een nieuwe schoolstrijd woedt in ons land? Religie in het onderwijs is terug voor discussie vatbaar, vraag het maar eens aan Bonny. En in deze nieuwe ‘strijd’ zijn er gelijkenissen te trekken met het verleden in bijvoorbeeld de methode. Toch herhaalt de geschiedenis zich nooit, dus ook hier niet. Er zijn enkele belangrijke verschillen met vroeger. Eerst en vooral gaat het minder om religie en eerder om ‘identiteit’. Voor de N-VA moet een canon en het onderwijs niet seculariseren of zieltjes winnen, ze moet de toekomsite generatie een ‘Leitkultur’ geven. In dat opzicht lijkt de politiek van vandaag meer op de Kulturkampf van Bismarck die ook aan het eind van de negentiende eeuw werd gevoerd. Bismarck wilde de macht van de kerk terugschroeven en eerder hameren op een Duitse nationale identiteit dan een katholieke. Het wordt steeds meer duidelijk bij de N-VA dat zij dat ook willen, maar dan met een Vlaamse identiteit. Dus in plaats van religie is ‘identiteit’ het nieuwe buzzword, duidelijker kan dat niet bevestigd worden dan door de titel van het boek dat De Wever dit jaar nog schreef.
Hoewel de N-VA in deze nieuwe schoolstrijd of Kulturkampf zich het duidelijkst positioneert, zijn er nog andere spelers. De tweestrijd tussen vrijzinnig en katholiek is helemaal niet zo eenduidig meer vandaag de dag. Vandaag zijn er meerder spelers, enerzijds zijn er nog de oude katholieken die proberen hun stempel op het katholiek onderwijs te zetten. Zo wilde bisschop Bonny vorig jaar nog een uitdieping van de christelijke leer in het godsdienstonderwijs. Anderzijds, heb je de liberalen die gewoon godsdienst als iets van het verleden zien en het gewoon willen afschaffen in het onderwijs. Het probleem is dat godsdienst eigenlijk helemaal niet iets van het verleden is. We zien dat globaal genomen de religiositeit net toeneemt. Die laatste bedenking brengt ons bij de laatste groep, namelijk de religieuze groepen, joden en moslims die ook hun rechten opeisen en hun eigen school willen oprichten. Dat is natuurlijk ook een gevolg van de diversiteit van onze maatschappij. Zij hebben daar ook recht toe volgens onze grondwet.
We zien dus dat de schoolstrijd terug is van weggeweest. Alleen neemt ze nu een bredere plaats in, niet alleen in het onderwijs. Het gaat ook over de cultuursector bijvoorbeeld. N-VA is bezig met het hervormen van de identiteit van de Vlaming. Het feit dat we ons ‘Vlaming’ noemen en niet langer ‘Belgen’ zoals 20 jaar geleden, zegt ook al dat ze daar al voor een groot stuk in geslaagd zijn. De Kulturkampf is de nieuwe schoolstrijd geworden en het traditionele godsdienstvraagstuk maakt voor een stuk plaats voor de hippe en nieuwe identity politics. De N-VA profileert zich daarin het duidelijkst ook al doet ze dat subtiel. Het is belangrijk voor de bevolking dat ook in te zien, want net zoals voor 1958 gaat het hier om de harten en geesten van de Vlaming en de vorming van zijn identiteit.
Denzel Vingerhoed is student geschiedenis aan de KU Leuven