Symbolen - Bert Cornelis
De Vlaams-Nationalisten in de nieuwe Vlaamse regering met CD&V en Open Vld, zijn er in geslaagd het woord “natie” het Vlaams regeerakkoord binnen te smokkelen: “Vlaanderen als welvarende natie; Vlaanderen is “een democratische en sociale rechtsstaat en vormt een natie met een eigen taal en cultuur”. Onderhuids borrelt uit het akkoord de innige wens om ooit de onafhankelijkheid van de “Vlaamse Natie” te verwezenlijken, om alle Vlamingen bewust te maken van hun “Vlaamse identiteit”, om de “Vlaamse symbolen” van een “zelfbewust Vlaanderen” complexloos te delen. Zo is het neergeschreven. Wie dit leest en blijft ontkennen dat de lange onderhandelingen tussen formateur Bart De Wever en het Vlaams Belang als een schaduw over de tekstschrijvers heeft gehangen, doet de waarheid geweld aan.
Ook het idee uit de oorspronkelijke startnota van N-VA over de “Vlaamse Canon” is in het regeerakkoord geslopen: “we vragen aan een groep onafhankelijke experts om op wetenschappelijke basis een ‘Canon van Vlaanderen’ op te stellen. Het gaat om een lijst van ‘ankerpunten’ uit onze Vlaamse cultuur, geschiedenis en wetenschappen”. De kritiek op dit idee is blijkbaar niet tot op de onderhandelingstafel geraakt. Let vooral op het ‘taalgebruik’. Het komt uit het glossarium van de ‘Vlaams-Nationalisten’. Eminent historicus Bruno De Wever (UGent) was zeer duidelijk: “De politieke instrumentalisering van de geschiedenis om de Vlaamse identiteit te ondersteunen, is een bar slecht idee”. Of om het met de woorden van stamboomliberaal Mathias De Clercq te zeggen: “De Vlaamse Canon is een absurditeit die zal uitmonden in artificieel geconstrueerde geschiedenis gebaseerd op mythes en verhalen die alleen maar tot verdere polarisatie kan leiden”.
We richten ons ook tot de linkse flaminganten en herinneren hen met plezier aan het volgende. Voor de oudere lezers wil ik hier graag de Vlaamse socialist Norbert De Batselier citeren, samen met de Volksunieman Maurits Coppieters ooit een vertegenwoordiger van de “onbevangen” progressieve Vlamingen, wars van nationalisme: “Er bestaat een democratische Vlaamse beweging die voor mij de hoeksteen van Vlaanderen vormt. Gelukkig heeft die beweging elke band met het extremisme doorgeknipt. Daarom spelen ze vandaag een opbouwende rol.” Wel, op die Vlaamse beweging zit er vandaag heel wat ruis.
Laten we eens een nieuwe Vlaamse frontvorming (excuus voor het jargon) overwegen, maar dan zonder dat “natievormend gedoe”. In alle politieke strekkingen, liberalen, christendemocraten, socialisten, ja ook bij de groenen en de communisten moeten er toch wel mensen te vinden zijn die het ‘onbevangen Vlaming zijn’ willen ondersteunen en voor Vlaanderen een open project willen uitwerken? Laten we een Vlaams project maken dat ook aan de overzijde van de taalgrens aanvaardbaar is en het huidige wantrouwen tegenover de gesloten houding van de Vlaamse regering wegneemt.
Het regeerakkoord is een gemiste kans voor de onbevangen Vlaming die ook van zijn Vlaanderen houdt, maar die niet moet weten van al die romantische retoriek. Wanneer kunnen we in Vlaanderen eindelijk eens ‘onbevangen’ Vlaming zijn zonder in het hoekje van de extreme vendelzwaaiers te worden gedrukt? Om onze gehechtheid aan Vlaanderen te beleven, om te kunnen houden van onze rijke Vlaamse geschiedenis zonder het onwelriekend parfum van de doordrammerige natievormers en identiteitsfreaks? Ik verwijs naar het voorstel om de Vlaamse burgemeesters een geel-zwarte sjerp te laten dragen? Je kan dit voorstel toch enkel maar bekijken als een regelrechte aanval op de Belgische staat en haar symbolen? Je houdt het daarom niet voor mogelijk dat iemand er met medeweten van CD&V en Open Vld is in geslaagd zo’n voorstel op de onderhandelingstafel te gooien. Het is te simpel en te gemakkelijk dit “gedrocht” als een akkefietje af te doen, want zo begon in het verleden, en begint vandaag nog altijd alle ellende: met symbolen! Echt waar, het deed me terugdenken aan de geel-zwarte verkeerspalen van Johan Sauwens.
Neen, dit is niet ons Vlaanderen.
Bert Cornelis
Dit artikel verscheen eerst in Het Volksbelang