Strijd om talent - Sara De Mulder
De overheid prijst de privé uit de markt, kopten verschillende kranten vrijdag 31 maart jl. Tot grote ergernis van werkgeversorganisatie VBO zouden de hoge lonen bij de overheid voor universitair gediplomeerden, marktverstorend werken. Het stevige loon, werkzekerheid en een goede combinatie werk en gezin zijn volgens hen de boosdoener. De overheid moet dit bekijken, want de lonen worden opgehoest door de bevolking, aldus de werkgeverszijde.
Een universitaire opleiding maakt echt wel het verschil. Meer kennis betekent oplossingsgerichter en genuanceerder denken, beter inzicht in technologische en wetenschappelijke vernieuwingen en een forse dosis nieuwsgierigheid. Bovendien zijn deze mensen gespecialiseerd in het analyseren van tegenstrijdige argumentaties van allerhande “onafhankelijke” studiebureaus. Kortom de overheid is meer dan ooit gebaat bij hoogopgeleid talent dat zich ter beschikking wil stellen van het land.
Is het dan een probleem dat wij als bevolking die lonen “ophoesten”? Welnee, integendeel, we betalen immers niet alleen de lonen van deze mensen, we betaalden via belastingen ook hun volledige opleiding. Het lijkt mij een goede “return on investment”, als deze jongeren zich dus na hun opleiding ten dienste stellen van de bevolking, die hun scholing mogelijk maakte. De winst die een wetenschappelijk gefundeerd beleid ons oplevert, wordt op lange termijn allen maar groter.
<B>Waar wringt dan het schoentje?</B>
Competitieve overheidslonen en arbeidsomstandigheden, dwingen privébedrijven om mensen werkzekerheid te bieden. Dat past niet altijd in het kraam van werkgeversorganisaties. Zij pleiten voor hamburgerjobs, flexcontracten en een ver doorgedreven flexibiliteit waarin werkzekerheid geen rol meer speelt. In veel landen hoppen jongeren reeds van projectcontract naar projectcontract voor een hongerloon, met geen enkel uitzicht op vast werk. Hun leven staat jarenlang <I>on hold</I>. Als een huis en gezin een onbereikbare droom worden, is het dan de overheid of de privésector die dringend eens naar zichzelf moet kijken?
Werkzekerheid stimuleert mensen, het geeft hen een basis van vertrouwen en zekerheid waardoor deze zorg wegvalt en de vrijgekomen bandbreedte gebruikt kan worden voor het werk en talentontwikkeling. Waarom is de privésector dan zo nijdig op de goede arbeidsomstandigheden van overheidspersoneel? Ook de combinatie werk en gezin blijkt bij de overheid stukken beter. Moet dit worden afgebouwd of dwingt een goed betalende, mensvriendelijke overheid privébedrijven naar een mensvriendelijkere tewerkstelling en doet dit de werkgeverorganisaties balen?
Als men zich werkelijk zorgen maakt om de belastingbetaler, zou deze net bereid moeten zijn meer geld op tafel te leggen voor universitair talent. Of is de privésector vergeten dat de opleiding van deze mensen ook betaald werd door de belastingbetaler? Door universitair talent een hoger loon uit te betalen, dragen ze door middel van hun personenbelasting ook meer af aan de overheid. Die kan met dat geld weer nieuwe kinderen opleiden. En dat is nu precies wat de privésector met verbazingwekkend grote stelligheid probeert te vermijden. Ze betalen hun hoogopgeleide werknemers deels uit met bedrijfswagens en bonussen, betalingsmiddelen louter gehanteerd om belastingen te ontwijken.
Wat middelen betreft hoeft het VBO zich geen zorgen te maken, de dividenden die worden uitgekeerd, stijgen jaar na jaar ondanks crisissen en indexsprongen. Laten we dus eerlijk zijn, het VBO ligt niet wakker van de kost voor de bevolking. Even terug naar de kern van de zaak: wordt de privésector echt uit de markt geprijsd door de overheid? Professor Ria Janvier van de Universiteit Antwerpen, nuanceert. Iemand met een functieniveau Hoger Secundair Onderwijs, krijgt een relatief hoog loon in vergelijking met de particuliere sector. De lonen zijn echter marktconform, zeker als je het ambtenarenpensioen en de werkzekerheid meerekent. De facto verdienen ze namelijk minder. Voor topfuncties staan de salarissen van ambtenaren absoluut niet in verhouding. Voor pas afgestudeerde universitairen is de overheid nog concurrentieel maar na vijf jaar verdien je in de privé een pak meer.
Met andere woorden: de privésector prijst de overheid uit de markt en niet omgekeerd. Dit is schrijnend, zeker in primordiale overheidssectoren zoals het onderwijs. Net daar waar het universitaire talent het meeste nodig is en men eigenlijk dringend extra moet investeren in hooggeschoold personeel, krijgt men de vacatures amper nog ingevuld. In tegenstelling tot Scandinavische landen waar men de crème de la crème van de academische wereld inzet in de opleiding en verzorging van de nieuwe generaties, laat men hier het broodnodige talent wegvloeien naar sectoren met nog geen honderdste van het rendement dat onderwijs biedt.
Met iets hogere lonen in de privésector zouden de inkomsten van de overheid drastisch stijgen door middel van de personenbelasting. Deze inkomsten zouden dan gebruikt kunnen worden om ons onderwijssysteem te optimaliseren. Deze optimalisatie wordt best vorm gegeven door hoogopgeleid personeel dat liefst beschikt over een diploma pedagogische wetenschappen, psychologie en sociologie zodat we eindelijk een wetenschappelijk gefundeerd beleid krijgen dat alle kinderen ten goede komt, ongeacht hun afkomst of taalvaardigheid. Enkel die investering zal maken dat de vijver om te vissen groter wordt en dan is de privésector ook meteen bediend.
Sara De Mulder
De auteur is antropologe en kernlid van Liberales
mailto:sara.de.mulder@aclvb.be