Het beslissende woord - Averroes

Het beslissende woord - Averroes

De voorbije jaren gaan steeds meer stemmen op dat de islam een achterlijk geloof is dat zich niet kan conformeren met de moderne en seculiere westerse waarden. Averroes is de naam die telkens opduikt als er weer een debat is over de vraag of de islam wel kritiek kan verdragen. Deze Spaans-Arabische filosoof is dan het toonbeeld van openheid en bereidheid om ook de islam aan kritiek te onderwerpen. Dat was zo na de Rushdie-affaire, en recent nog tijdens de cartoonrellen. De vertaling van Het beslissende woord, een van zijn belangrijkste werken van Averroes, maakt het ook voor de Nederlandse lezer mogelijk om na te gaan of zijn werk terecht wordt aangehaald.

Dat de islam niet altijd zo bekrompen en achterlijk is geweest als sommigen beweren, blijkt uit de geschiedenis. Vanaf de zevende eeuw kende de islam een enorme expansie, op een ogenblik dat Europa was vervallen tot een graad van barbarij. Rome en Athene verkommerden toen tot dorpen met enkele duizenden inwoners. Van de negende tot de twaalfde eeuw kende de islam haar ‘Gouden Jaren’. Terwijl we in het Westen de duistere middeleeuwen kenden, bloeide in de Arabische wereld de filosofie, de mystiek, de rekenkunde, de cartografie en de geneeskunde. Die wereld introduceerde het schaken net als bepaalde aspecten van de bouw- en kookkunst in onze contreien. Binnen de islam bestond toen een ongekende traditie van onderzoek en kritisch denken. Zo waren er bijvoorbeeld in Cordoba in Spanje meer dan zeventig bibliotheken, het was een van de meest culturele centra’s in de middeleeuwen. De moslimbeschaving in Europa bereikte een hoogtepunt in de twaalfde eeuw, in de tijd van de filosoof Ibn Rushd, beter bekend onder de naam Averroes. Die bloeitijd van het Arabische ontwaken ging pas ten onder door de westerse kruisvaarders, maar ook en vooral door de vernietigende Mongolenstorm die als een pletwals over het Arabische en islamitische Oosten rolde. Tussen 1095 en 1291 waren er acht kruistochten. In de dertiende eeuw vernietigden de Mongolen onder leiding van Djengis Khan Bagdad, de grootste stad van de Arabische en islamitische wereld. Het zou eeuwen duren alvorens de Arabische wereld zich daarvan zou herstellen. Volgens sommigen is ze daar nooit helemaal van hersteld.

De filosoof Averroes trachtte in de twaalfde eeuw de ideeën van Aristoteles in overeenstemming te brengen met de leer van de islam. Hij werd geboren in Cordoba in 1126 en was een intelligente en veelzijdige man met veel belangstelling voor de Griekse filosoof Aristoteles en de wetenschap. Naast filosoof was Averroes ook een gezaghebbende jurist, astronoom en medicus. Zo werd hij opperrechter in Cordoba en lijfarts van de plaatselijke kalief. Maar historisch is vooral zijn houding tegenover de rede van belang. Door het belang dat hij hechtte aan de rationaliteit, ook in het benaderen van de waarheden van de godsdienst, stond hij lijnrecht tegenover de islamitische orthodoxie. Zijn boek Het beslissende woord vormt dan ook een opvallende verdediging van de legitieme rol van de rede binnen een geloofsgemeenschap. De gangbare gedachte (tot vandaag) was dat men de ‘heilige’ teksten niet mocht interpreteren. Averroes was het daar niet mee eens. Zijn stelling was dat de heilige tekst ons juist oplegt ‘om alles wat bestaat met behulp van de rede te bestuderen en daarover na te denken’. Voor zijn religieus-juridische argumentatie beriep hij zich ondermeer op het Koranvers, soera 16.125: “Roep op tot de weg van uw Heer door wijsheid (hikma) en door welwillende vermaningen, en als je redetwist, gebruik dan het schoonste betoog”. Hij vond dat men de geschriften van de ‘Antieken’ (de Grieken en Romeinen) moest bestuderen. Het is in die zin dat men tot vandaag Averroes beschouwt als een tolerante man, met veel begrip voor andersdenkenden.

Een grondige lezing van dit werk levert een genuanceerd beeld. Zo stelde Averroes dat geen enkele (empirische) bewijsvoering kon leiden tot iets wat in tegenspraak was met de heilige tekst. Ofwel stemden vaststellingen overeen met de Koran ofwel betekenden ze een ‘allegorische’ interpretatie van de tekst. Maar die interpretaties mochten nooit gebeuren door eenvoudige mensen, want zij hadden volgens Averroes te weinig gezond verstand om zelf een oordeel te vellen. ‘De islamitische godsdienstleiders zouden mensen die zelf geen geleerden zijn moeten verbieden de wetenschappelijke werken van Abu Hamid te lezen’, zo schrijft de befaamde filosoof. Daarmee miskende hij het recht van ongeleerde mensen om zelf de heilige teksten te interpreteren. Het lijkt vandaag een elitaire houding maar in feite verdedigen (mannelijke) imams en moefti’s nog steeds hetzelfde principe. Alleen ‘geleerde’ mannen kunnen de heilige teksten begrijpen en invullen. Gewone mensen en vooral vrouwen kunnen dat in principe niet. Voor Averroes was de filosofie – dus ook de wetenschap en elke empirische vaststelling – niet strijdig met de theologie, maar juist een hulpmiddel om de vaak hermetische teksten te begrijpen. In tegenstelling tot de dogmatici van zijn tijd pleitte hij voor een doelbewust onderzoek van oudere teksten. Maar dat betekende niet dat men de ingewonnen kennis mocht mededelen aan de grote massa’s. Enkel geleerde ‘ingewijden’ mochten volgens de filosoof ‘interpreteren’, omdat alleen zij daartoe in staat waren.

Die houding geeft duidelijk aan dat Averroes niet zozeer de rol van de rede binnen een geloofsgemeenschap verdedigde, maar een compromis zocht waarin elk onderzoek in dienst stond van de premisse dat de ‘heilige’ tekst dé waarheid is. ‘Alles wat in de Koran wordt gezegd is onomstotelijk waar, en waarheid kan niet in strijd zijn met waarheid’. Dat betekende voor Averroes dat logische gedachtegangen en empirische vaststellingen nooit in strijd konden zijn met de Koran en het godsdienstige. Een dergelijke houding kunnen we vandaag halfslachtig vinden, maar in die twaalfde eeuw was dat een gewaagde stelling. Averroes ging daarmee in tegen het absolute dogmatisme. In zijn werk Tahafut al-tahafut (De Onsamenhangendheid van de Onsamenhangendheid) trok hij van leer tegen de theoloog al-Ghazali die een letterlijke interpretatie van de Koran voorstond en zich keerde tegen de filosofie en het lezen van de Antieken. Het zorgde ervoor dat Averroes al snel als een gevaar voor de toen heersende godsdienst werd beschouwd. In de jaren zeventig van de twaalfde eeuw werd hij eerst verbannen naar een geïsoleerde plaats dichtbij Cordoba en vluchtte uiteindelijk voor het geweld van zijn tijdgenoten naar Marrakech waarhij in dienst trad van de Alhomaden-sultan Maimonides. Zijn stellingen werden veroordeeld, hij moest voor een tribunaal verschijnen en zijn boeken werden verboden en verbrand, en veel van zijn werken zijn permanent verloren gegaan als gevolg van de censuur. 

Al-Ghazali was niet alleen een fanatieke tegenstander van Averroes ideeën, hij zorgde er als gezaghebbende theoloog ook voor dat ‘de deuren van het vrij onderzoek’, de ijtihad voor eeuwenlang werd dichtgesmeten. De naam van zijn tegenstrever Averroes duikt sinds kort weer op in geschriften van moslims die zich afzetten tegen het obscurantisme van de islamitische fundamentalisten. In haar boek Het islamdilemma verwijst de Canadese moslima Irshad Manji uitdrukkelijk naar Averroes die van mening durfde te verschillen van de toenmalige theocraten. Zo had hij zich positief uitgesproken over de bekwaamheid van vrouwen. Onder impuls van mannelijke fundamentalisten begon nadien een gewelddadige campagne voor theologische zuiverheid waardoor zelfs het werk van al-Ghazali als te liberaal werd bestempeld en openbaar verbrand. Met haar boek pleit Irshad Manji nu voor een Operatie Ijtihad om veranderingen in de islam op gang te brengen, een strijd voor zelfredzaamheid, in het bijzonder voor vrouwen om bijvoorbeeld een eigen zaak op te starten. Het boek van Manji is een oproep aan de moslimgemeenschap dat de islam zich moet verzoenen met de verscheidenheid aan overtuigingen en ideeën in de wereld. Door de onderdrukking van vrouwen en religieuze minderheden, het antisemitisme, de slavernij en het superioriteitsgevoel van de geestelijke radicale leiders, koerst de islamitische wereld af op haat, geweld, armoede en onbegrip in de rest van de wereld. Volgens Irshad Manji moet de islamwereld in de geest van Ibn Rushd opnieuw plaats vrijmaken voor het vrije denken en zich zo aanpassen aan de  eenentwintigste eeuw.

De precieze betekenis van Averroes zullen we nooit kennen. Voor sommigen was hij een toonbeeld van tolerantie, voor anderen de stimulans om ook binnen het islamitische denken ruimte te geven voor wetenschappelijke bloei en maatschappelijke vooruitgang. Dat laatste is betwistbaar, al was het maar omdat er bij de Arabieren na zijn dood geen belangstelling bestond voor zijn filosofisch werk. Zijn invloed was in het Oosten quasi onbestaande, maar des te groter in het Westen. Ironisch genoeg hebben de Hebreeuwse en Latijnse vertalingen van zijn werk ervoor gezorgd dat de wijsheden uit de Antieke wereld niet verloren gingen. Anke von Kügelgen noemde hem in haar boek Averroes & Die Arabische Moderne: Ansatze Zu Einer Neubegrundung Des Rationalismus Im Islam zelfs ‘de vader van de Europese Renaissance en van de Verlichting’. Dit is wat kort door de bocht maar de ideeën van Averroes inspireerde wel het rationalisme van Thomas Van Aquino, zijn geschriften werden gelezen aan de eerste Europese universiteiten en inspireerde de eerste empirische denkers in de dertiende eeuw (denk aan Roger Bacon, een van de eerste voorstanders van de moderne wetenschappelijke methode).

De ideeën van Averroes over een rationele filosofie en een theologie gebaseerd op de Schriftuur hebben invloed gehad op de Europese Renaissance en later de Reformatie. Hij heeft inderdaad bijgedragen tot het humanistisch denken en indirect ook tot de Verlichting en de moderniteit. Al zal het nog zeshonderd jaar duren alvorens Kant zijn beruchte uitspraak ‘Sapere Aude’ deed. ‘Durf je van je eigen verstand te bedienen’. Het is een oproep die gezien het toenemende fanatisme van de voorbije jaren en dagen – niet in het minst aan de kant van de islamitische fundamentalisten – actueler is dan ooit. In die zin is de vernieuwde aandacht voor het werk van Averroes heel belangrijk, zowel voor de moslims als voor de westerlingen. Misschien vinden we in zijn denken wel meer wat ons bindt dan wat ons onderscheidt.

 

Averroes, Het beslissende woord, Klement, 2006

Recensie door Dirk Verhofstadt

Print Friendly and PDF
Morele illusies - Stijn Bruers

Morele illusies - Stijn Bruers

Ni Putes Ni Soumises - Fadela Amara

Ni Putes Ni Soumises - Fadela Amara