Maakt Europa eindelijk een sociale bocht? - Geert Messiaen
Vooral sinds de bankencrisis van 2008 lijkt het erop dat de Europese Unie een constructie is die zich enkel bekommert om de financiële gezondheid van de begrotingen van de lidstaten in de Eurozone en daarvoor zelfs bereid is om de reële gezondheid van haar burgers op te offeren. Democratisch tot stand gekomen maatregelen in de lidstaten – en dit op alle beleidsniveaus – kunnen zonder pardon worden teruggefloten door de Europese Commissie in naam van de grote begrotingsfetisj. We hebben het dan in de eerste plaats over een toegankelijke gezondheidszorg van een goede kwaliteit. Maar het gaat natuurlijk evenzeer over rechtvaardige pensioenen, over onderwijs, openbaar vervoer, milieu, de justitie, de politie en ga zo maar door.
Het hoeft dan ook niet te verbazen dat het euroscepticisme in heel wat lidstaten de kop opsteekt. We hebben echter niet minder, maar juist meer Europa nodig. We hebben Europa nodig, jawel: voor het aanpakken van de vluchtelingencrisis, van de milieu- en klimaatproblemen, voor de handel, voor het bewaken van de mensenrechten, om maar enkele voorbeelden te noemen. De Europese beleidsmakers moeten echter absoluut rekening houden met de verzuchtingen van hun burgers: Europa is er voor zijn inwoners en niet omgekeerd! Met de Commissie Juncker lijkt er toch, zeer voorzichtig, een zekere bocht te komen.
Om aan te tonen dat Europa méér is dan een constructie die alleen maar goed is voor banken en multinationals wil de Commissie voortaan ook inzetten op de sociale economie. De sociale economie omvat tal van ondernemingen en VZW’s waarvan het maatschappelijk doel is om tegemoet te komen aan bepaalde noden in de samenleving die niet kunnen beantwoord worden via de klassieke marktmechanismen. Aangezien ze gebaseerd zijn op solidariteit, is hun streefdoel niet om zoveel mogelijk winst te maken voor de aandeelhouders. Eén van de vele vormen van sociaal-economische bedrijven zijn de ziekenfondsen. Op Europees niveau zijn de ziekenfondsen verenigd in de koepelorganisatie AIM (Association Internationale de la Mutualité) met zetel te Brussel. In Europa vertegenwoordigt AIM 209 miljoen leden en wereldwijd zelfs 240 miljoen.
De organisatie werkt al jaren aan een Europese erkenning van de ziekenfondsen, voorlopig echter tevergeefs. Zo’n erkenning moet de sector een bescherming bieden tegen de concurrentie van commerciële bedrijven en hen toelaten om grensoverschrijdend te werken. Dat laatste is o.a. belangrijk voor de vele expats die in een andere lidstaat wonen of werken dan hun thuisland. En voor ziekenfondsen uit rijkere landen die de oprichting of uitbouw van ziekenfondsen in andere landen willen ondersteunen. Een groot probleem is echter dat de ziekenfondsen in zowat alle Europese landen aanzienlijk van elkaar verschillen. Ook blijkt de Europese Commissie hen niet eens te kennen. Zo hebben ziekenfondsen in Litouwen, Estland, Tsjechië, Slovakije IJsland en Liechtenstein een ander een andere betekenis en inhoud.
Eind 2013 had het Europees Parlement, na jarenlang voorbereidend werk (sedert begin jaren ’90), een resolutie aangenomen om een Europees statuut (een Europese erkenning) uit te werken voor de ziekenfondsen. Begin 2014 startte de Commissie Barroso op haar beurt met een bevraging van het middenveld, maar met het aantreden van de Commissie Juncker in november ging het terug naar af omdat ze zich niet gebonden achtte door de werkzaamheden van haar voorganger. Omdat de Commissie – voorlopig? – niet verder wil werken aan het Europees statuut, kiest AIM voor een andere en ruimere weg: eind april 2017 heeft de organisatie een oproep gelanceerd om sociaal-economische bedrijven binnen de EU in het algemeen te erkennen, zodat ze beter kunnen groeien en over de landsgrenzen heen werken.
Met genoegen stel ik dus vast dat de Commissie Juncker ook die weg wil inslaan. Haar ‘Expert Group on the social business initiative’ (GECES) heeft inmiddels een aantal aanbevelingen opgesteld die verder moeten worden uitgewerkt door de sociale organisaties zelf. Ulla Engelmann, verantwoordelijke van de ‘Unit Clusters, Social Economy and Entrepreneurship’ van het Directoraat-Generaal GROW verzekerde in april aan AIM dat de Europese Commissie concrete acties in het vooruitzicht stelt om de zichtbaarheid van de sociaal-economische ondernemingen te ondersteunen en om hun concept bekend te maken in de verschillende lidstaten
Dat is uiteraard meer dan nodig. AIM en dus ook de Liberale Mutualiteiten zijn dan ook graag bereid om daaraan mee te werken. Meer specifiek roep ik de Commissie op om een oplossing te vinden voor een Europese erkenning van de ziekenfondsen. Indien dit niet kan op het niveau van alle lidstaten, stel ik een versterkte samenwerking voor tussen de lidstaten die de sociale economie wel gunstig gezind zijn. Ik duim alvast en volg met belangstelling en van dichtbij deze uiteindelijke ingeslagen nieuwe weg van de Europese Commissie.
Geert Messiaen
De auteur is secretaris-generaal van de Landsbond van Liberale Mutualiteiten en tevens auteur van verschillende publicaties over het Belgische gezondheidssysteem. Hij schrijft dit opiniestuk in eigen naam.
mailto:geert_messiaen@hotmail.com