Win for Life - Nele Lijnen
Ze zijn – jammer genoeg – dun gezaaid: het aantal parlementsleden dat kan en durft uitpakken met een visionair gericht toekomstplan voor een zo delicate materie als de hervormingvan onze Sociale Zekerheid en heel ons sociaal Beleidin de ruime zin van het woord. Deze uitdaging heeft Nele Lijnen – met een dynamisme en enthousiasme die haar eigen is – met succes aangepakt in haar boek Win For Life dat eind maart is gepubliceerd bij uitgeverij Pelckmans Pro. Nele Lijnen, die is opgegroeid binnen het team van de “out of the box” denkende Roland Duchâtelet, zet in feite het werk van haar “geestelijke vader” verder.
Dit boek – geschreven in een heldere, toegankelijke taal wars van intellectueel snobisme – geeft (zelfs voor een buitenstaander) een goed overzicht van wat nu wel en niet moet verstaan wordenbij het concept ‘basisinkomen’, niet te verwarrenmet minimum loonof leefloon. Na een inleiding, waarinde auteur aangeeft hoe zetot haar ‘grote liefde’ voor het concept van het basisinkomen is gekomen, volgen een aantal hoofdstukken waarin vooreerst wordt aangegeven wat men precies moet verstaan onder <I>basisinkomen</I>. Het betreft een onvoorwaardelijk, levenslang, vast bedrag voor iedereen op individuele basis toegekend.
Daarna volgen een aantal hoofdstukken waarin verder wordt stilgestaan bij de (lange) geschiedenis van dit concept, bij een aantal nationale en/of lokale experimenten met het basisinkomen, bij het onvermijdelijk vastlopenvan ons huidig sociaal beleid (het wordt niet alleen onbetaalbaar, maar ook niet effectief en niet efficiënt en houdt de armoede in stand. Verder een aantal financiële simulaties die zijn gemaakt om aan te tonen dat het nieuwe systeemwel levensvatbaar én betaalbaar is en tot slotte een stappenplan om eventueel tot een gefaseerde implementatie over te gaan, om af te ronden met een oproep om dit onderwerp liefst op Europese schaal aan te pakken.
Ieder hoofdstuk wordt verder gedocumenteerd met interviews van in totaal 18 verschillende personen met de meest diverse achtergronden, die op hun beurt hun geloof en vertrouwen uitspreken in dit concept. De rode (of blauwe) draadin elk van die verhalen is telkens weer: dit idee is wel betaalbaar en zal NIET lijden tot van overheidswege aangemoedigde luiheid. Met andere woorden het basisinkomen is een vangnet, en géén hangmat, voor al wie gewild of niet gewild, tijdelijk of permanent, uithet ‘normale arbeidscircuit’ valt en zijn leven, niet alleen professioneel maar ook daarbuiten, een andere en vooral betere wending wil geven. Het is een stelsel dat mensen toelaat professionele, maar evengoedartistieke, sportieve, nonprofit en andere risico’s te nemen die bijdragen tot zowel meer maatschappelijke welvaart als welzijn.
Hoewel het boeknog vele terechte vragenopen laat, geeft het wel – voor al wie in dit debat geïnteresseerd is – een vrij volledig en grondig inzicht in alle facettenvan deze materieen kan het zeker een aanzet geventot eengefundeerde analyse, los van alle slogans en taboes die zo vaak elke opengedachtewisseling direct de kop indrukken. Als wij dan toch een paar kritische opmerkingen bij het boek zouden moeten maken, betreft het enerzijds die 18 interviews. Om evidente redenenheeft de auteur zoveel mogelijk ‘verschillende’ mensen aan het woord willen laten om te vermijden dat het pleidooi direct in één ‘hokje’ zou worden opgesloten. Maar die ‘diversiteit’ leidt er toe dat de toegevoegde waarde van elke van die interviews heel erg verschillend is en/of dat er vaak hetzelfde wordt gezegd. Ook het strakke stramien, om aan elke geïnterviewde dezelfde acht vragen te stellen, belet dat een interessant/origineel antwoord verder wordt uitgediept.
Maar vooral vinden we het jammer dat de auteur zoveel ‘liefde & bescherming’ aan haar onderwerp wil geven, namelijk het basisinkomen, dat het andere luik, namelijk de financiering ervan, als iets totaal losstaand wordt behandeld, kwestie van toch maar niet te moeten raken aan de ‘puurheid’ van haar onderwerp. Nochtans had ze daarvoor bijvoorbeeld kunnen teruggrijpen naar het al even visionair concept van de toen nog jonge PVV Voorzitter Guy Verhofstadt uit 1982: het idee van een negatieve inkomstenbelasting, waarbij het principevan een basisinkomen direct geïntegreerd wordt in een drastisch hervormd én vereenvoudigd fiscaal systeem, waarbij iedereen aanspraak kan maken op een basisinkomen, maar waar elke euro inkomen, van welke oorsprong dan ook, direct verrekend wordt, zodat iemand ofwel negatieve inkomstenbelastingen krijgt ofwel positieve inkomstenbelastingen betaalt.
Op die manier, door inkomsten én uitgaven samen te bekijken, bekom je een coherent en logischsysteem dat selectief is (zij met de grootste noden krijgen het meest), gebaseerd op solidariteit (de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten), en administratief efficiënt is (alles geïntegreerd in één systeem). Dus er is zeker nog stof genoeg tot verdere reflectie en verfijning. Kortom dit boeiende boek is een meer dan waardevolle vertrekbasis om een grondig debat over de hervorming van ons Sociaal Beleid (het gaat dus veel verder dan alleen maar de Sociale Zekerheid ) in alle sereniteitte voeden en te onderbouwen. Een aanraderen zelfs en ‘must’ voor al wie begaan is met het uitbouwenvan een duurzaam en modern stelsel van echte Solidariteit.
Het boek sluit af met een warme oproep tot iedereen om mee een petitie te ondertekenen, zodat er binnen het parlement voldoendedraagvlak zou gecreëerd worden om dit onderwerp(door het Planbureau? de studiediensten van de Nationale bank? en/of de FOD Financiën?) op een zo wetenschappelijk mogelijke wijze verder uit te rekenen en te simuleren. Wij sluiten ons graag aan bij deze oproep.
Nele Lijnen, Win for Life, Pelckmans Pro, 2017
Recensie door Mark Bienstman