Westerse schuld - Blommestein, Cliteur, Collard, Pierik
In de inleiding zetten de vier redacteuren zich al meteen af tegen “veelal linkse auteurs (die) niet geassocieerd willen worden met auteurs die het publiek als ‘rechts’ of ‘conservatief’ zou kunnen classificeren.” De toon is meteen maar gezet. De inleiding van Ayaan Hirsi Ali is in het Engels. Merkwaardig als je bedenkt dat zij het Nederlands bepaald wel machtig is. Zij benadrukt de rol die Frits Bolkestein en Paul Scheffer hebben gespeeld in het migratiedebat. Een rol die ik niet zal ontkennen. Maar je kunt wel degelijk met hen van mening verschillen over de oplossingsrichtingen die zij voorstaan. Hirsi Ali beweert dat het wokeisme in Amerika bezit heeft genomen van de geesten van professoren aan topuniversiteiten, van grote bedrijven en van bijna de gehele main stream tv en de pers. Ik denk dat ik zelf de Amerikaanse media behoorlijk op de voet volg en ik ben bepaald niet overtuigd in dit opzicht door Hirsi Ali. Met uitzondering van met name de universiteiten en niet alleen die in de VS. Daarvandaan komen zeker verontrustende en alarmerende geluiden. In het navolgende mijn commentaar per auteur.
Paul Cliteur
Cliteur (1955, jurist en filosoof, hoogleraar universiteit Leiden) stelt dat de westerse beschaving universeel is en niet enkel gestoeld op kolonialisme of imperialisme. Hij baseert zijn essay op het gedachtegoed van Philippe Nemo (1949, Frans filosoof) die stelt dat de superieure westerse beschaving zich niet hoeft te schamen voor haar kolonialisme omdat er geen kwade bedoelingen achter staken. Ik begrijp niet hoe iemand als Nemo dit met droge ogen kan beweren, noch dat Cliteur hem hierin klakkeloos lijkt te volgen. Ik zou zeggen, lees de geschiedenis van de Banda eilanden van Marjolijn van Pagee en deze idiote stelling is in kort bestek en onmiddellijk van tafel geveegd.
Bovendien is Cliteur nogal hybride in zijn formuleringen. Letterlijk schrijft hij: “Kan men dus zeggen dat het Westen niet kwaadaardiger was dan andere beschavingen? Heeft het Westen dus niet meer schuld dan andere culturen? Deze bewering lijkt mij juist.” Hij laat hier meteen op volgen dat als niet-Westerse culturen over kernwapens zouden hebben kunnen beschikken, ze die heus ook zouden hebben ingezet. Tja. Cliteur concludeert vervolgens dat Europeanen geen reden hebben om zich meer te schamen dan Chinezen, Arabieren of Afrikanen. Ik meen dat Cliteur hier onzin verkoopt. En vraag me bovendien af waarom Amerika niet ergens in dit rijtje is opgenomen. Nee, zegt Cliteur, wij moeten trots zijn op onze zoektocht naar waarheid, voorliefde voor vrijheid, de eis van universaliteit, ons gevoel voor geschiedenis en de kritische geest. Zou openhartige zelfreflectie misschien ook een mooie deugd voor het Westen kunnen zijn, Paul Cliteur? Ik hoor hem er niet over.
Cliteur heeft de zes specifieke Westerse waarden van Nemo heilig verklaard: de constitutionele staat, democratie, intellectuele vrijheid, kritisch gebruik van de rede, wetenschap en vrije markteconomie gebaseerd op private eigendom. Ik zou bij de eerste en de laatste waarde evenwel grote vraagtekens willen plaatsen maar kan daar in dit bestek nu niet dieper op ingaan. In dit rijtje ontbreekt nog de eis van universaliteit waar Cliteur het graag over heeft, wat mij betreft het meest aanmatigende standpunt dat een wetenschapper in kan nemen. Maar geen nood, Cliteur houdt daar wel degelijk aan vast in zijn verdere betoog. Zijn slotconclusie is dat wij ons niet hoeven te schamen maar weerbaar moeten worden. Alsof we dat niet allang zijn! In navolging van Baudet, spreekt ook Cliteur van oikofobie.
Bart Collard
Ook Bart Collard (1988, buitenpromovendus aan de Universiteit van Leiden) wijst de noodzaak van Westerse erkenning van schuld af omdat schuld in zijn ogen niet overdraagbaar is. Wie heeft nu nog schuld aan kolonialisme? Nou, zou ik zeggen, als rattenvanger Baudet opzichtig bloemen legt hij het standbeeld van J.P. Coen, laadt hij toch serieuze verdenking op zichzelf.
Collard beroept zich graag op de historicus Piet Emmer en bestrijdt dat Nederland rijk zou zijn geworden aan kolonialisme, maar hij mist het punt waar het echt om gaat. Opnieuw verwijs ik naar de kleine studie over de Banda eilanden van van Pagee. De VOC erkende geen enkele morele afweging maar beriep zich maar wat graag op God de Schepper. Ook de door ons zo bewonderde Hugo de Groot had weinig op met dat deel van de wereld dat niet tot het christelijke West-Europa behoorde. Letterlijk adviseerde Hugo de Groot aan de VOC dat God het halen van goederen uit andere werelddelen nu eenmaal bedacht had: “het ene volk voorziet in de behoefte van het andere.” Dat was de goddelijke werkelijkheid van Hugo de Groot, van de VOC en kennelijk ook van Bart Collard.
Maar dit alles staat los van de zo noodzakelijke islamkritiek en wat mij betreft van de noodzaak van een kritische geest tegenover alle monotheïstische religies. Want laten we wel zijn, de christelijke moraal is een angstleer, de islamitische moraal is gebaseerd op volstrekte onverdraagzaamheid jegens anders- of niet-gelovenden en de joodse moraal is gebaseerd op een tragische reeks misverstanden over uitverkoren zijn en een specifiek door god toegezegd stukje land. Dan mengt Collard zich in die mistige geschiedenis van Cliteur, Baudet en FvD inzake vermeend antisemitisme. Nu is het oppassen geblazen. Ik persoonlijk zou Cliteur nooit beschuldigen van antisemitisme of racisme, maar wie zich graag en gretig inlaat met rattenvanger en complottheoreticus Baudet, heeft wel degelijk wat uit te leggen. Wat Collard niet begrepen heeft is dat je in een vlek nooit moet wrijven. Ik vind zijn bijdrage aan dit boek zeer ondermaats.
Willem Vermaat
Vermaat (geboortejaar niet bekend, dierethicus en docent milieuwetenschappen) heeft zijn bijdrage Westerse schuld als vals narratief getiteld. Hij meent dat de discussie over universele liberale waarden zou moeten gaan. Hij baseert zijn verhaal deels op de standpunten van de Internationale Socialisten, een obscure groep linksige dogmatische activisten, afkomstig uit het trotskisme. Is dat een beweging waarvan je kunt veronderstellen dat ze enige substantie heeft, een significante groep burgers vertegenwoordigt? Wat mij betreft zeker niet.
Volgt een heldere analyse waarin Vermaat Baudet en de zijnen de maat neemt en laat zien dat lang niet iedereen gebukt gaat onder die vermeende zelfhaat. Vermaat eindigt zijn bijdrage als volgt: “Trap niet in het narratief dat het Westen overal de schuld van geeft, maar trap evenmin in de verheerlijking van het Westen. Uiteindelijk gaat het erom dat we liberale waarden centraal stellen: die van vrijheid en democratie voor iedereen.” Wat mij betreft een genuanceerde en relativerende bijdrage aan dit boek over Westerse schuld. Alleen begrijp ik de titel niet zo goed.
Rumy Hassan
Hassan (geboortejaar onbekend) is senior lecturer aan de universiteit van Sussex met multiculturalisme als aandachtsgebied. Zij focust met name op de islamitische nieuwkomers die proberen te integreren in de Britse samenleving. Uit de beschikbare data is af te lezen dat het merendeel van de islamitische burgers zich het meeste thuis voelt bij de Labour-partij. Omdat deze partij in belangrijke mate op dat deel van het electoraat steunt, is het tegenspreken van breed gedragen, regressieve en onverlichte opvattingen in Labourkringen niet erg populair. Dit heeft geleid tot een zeker cultureel en moreel relativisme.
De sharia, vrouwenbesnijdenis en gedwongen huwelijken passeren de revue en vervolgens richt Hassan de aandacht op Europa als een ‘platform’ voor de derde wereld. Grote aantallen mensen van over de hele wereld emigreren immers naar Europese landen. Voor veel emigranten ligt economisch perspectief ten grondslag aan die trek naar elders. Tegelijkertijd ervaren veel oorspronkelijke ingezetenen van de Europese Unie die intocht uit den vreemde als onaangenaam en ongewenst. Hassan refereert aan Popper die in zijn The open sociëty and its enemies helder aangeeft dat tolerantie niet tot het opheffen van tolerantie mag leiden en dat in het uiterste geval onderdrukking en geweld zijn toegestaan ter verdediging van de tolerantie.
Raisa Blommestijn
Blommestijn (1994) is jurist en filosoof aan de universiteit Leiden en zij stelt dat doorgeslagen diversiteitsdenken in het hedendaagse ‘woke-gedachtegoed’ een belangrijke manifestatie vanher westers schuldcomplex is. Ook zij ziet een cultuurzwakte in het Westen en vindt de bevestiging daarvan in de reacties op het onthoofden van een Franse leraar die de euvele moed had cartoons over de islam te gebruiken in zijn geschiedenisles. Maar hier ontgaat Blommestijn toch iets essentieels: de verwijten van islamofobie kwamen volgens mij niet zozeer van autochtone Europeanen maar van islamitische groeperingen en hun vertegenwoordigers.
Dat er diversiteits-officers worden aangesteld op universiteiten is nog tot daaraan toe maar wanneer dat beleid ontaardt in een cancelcultuur van onwelgevallige meningen dan leidt de beoogde inclusie inderdaad tot exclusie, daarin moet ik Blommestijn gelijk geven. En uiteindelijk is ook de vrijheid van meningsuiting in het geding. Maar data betreffende dit fenomeen ontbreken helaas, veel verder dan wat hap snap casuïstiek komen we jammer genoeg niet. Dat neemt echter niet weg dat het dieptreurig is dat je aan een universiteit niet zou kunnen discussiëren over de stelling dat een vrouw iemand is die menstrueert, of over de rol van religie in de publieke ruimte, over de rol van de vrouw in het gezin of over het beperken van migratie zonder beschuldigd te worden van vooringenomenheid of erger. Blommestijn schetst de huidige praktijk van een academische cancelcultuur tot en met fysieke intimidatie en obstructie.
Ik ben het geheel eens met schrijfster dat het hier om zorgwekkende ontwikkelingen gaat en ik wil haar zelfs volgen als ze dit laakbare wokeisme ziet als de consequentie van een schuldreflex. Een doorgeslagen reflex. Tegelijkertijd heb ik de indruk dat er veel mensen op onze universiteiten rondlopen die geen flauw benul hebben van wat het betekent academisch onderwijs te volgen of te geven.
Piet Emmer
Piet Emmer (1944, hoogleraar geschiedenis van de Europese expansie) is vooral bekend geworden door zijn publicaties over het slavernijverleden van het Westen. Terecht wees en wijst hij op de slavenpraktijk in Afrika en de Arabische wereld ruim voordat de eerste zwarte slaaf door Europese handelaren werd getransporteerd en verkocht. Probleem daarbij is dat er over die niet-Westerse slavenhandel vrijwel niets aan het papier werd toevertrouwd. Emmer laat zien hoe ministers en andere ambtsdragers het signaleren van andere dan Westerse slavenhandel interpreteren als het bagatelliseren van die Westerse slavenpraktijken. Ook historici hebben nogal eens moeite met objectief onderzoek op dit terrein.
Emmer maakt aannemelijk dat er tamelijk creatief is omgegaan met cijfers die het belang van de slavernij voor de Nederlandse economie zouden kunnen onderstrepen. Waar hij zich bezondigt aan ongefundeerde aannames is als hij zonder meer stelt dat onderzoek naar de economische bijdrage van slavenhandel en slavernij aan de Nederlandse economie niet alleen een wetenschappelijk doel had, maar bovenal is gebruikt om de Nederlander aan te zetten zich te schamen voor zijn welvaart, omdat die gebaseerd zou zijn op uitbuiting. Ik blijf toch enorm veel moeite houden met zulke samenzweringstheorieën. En ik meen dat Emmer met deze verdachtmakingen buiten de wetenschap treedt, een verwijt dat hij sommige collega-onderzoekers meent te moeten maken.
Dan volgt veel onnavolgbaar millimeterwerk en beticht Emmer de samenstellers van de vaderlandse canon van leugens. Slaven kregen, aldus Emmer, anders dan beweerd wel degelijk betaald voor hun arbeid, alleen niet in geld. En hij geeft dan een voorbeeld waarin slaven in de negentiende eeuw gemiddeld 94,57 gulden aan voedsel en 13,58 gulden aan kleding en huishoudelijke artikelen ontvingen inclusief medische hulp, huisvesting en het gebruik van een moestuin. Was dat per maand of per jaar? Dat vertelt Enmer er niet bij. Was het toereikend? Geen idee. Was het een bevredigende quid pro quo? Het blijft gissen.
Emmer begrijpt niet waarom wij ons nu nog steeds zouden moeten schamen voor de slavernij van toen. Er zijn nog heel wat andere terreinen te noemen waar schaamte gepast zou zijn maar we horen de nazaten van al die gemaltraiteerde groepen nooit klagen, zegt Piet Emmer. Ik zou wensen dat hij zich beperkte tot zijn vakgebied. De vraag of wij ons moeten schamen voor gedrag van onze voorvaderen in het verleden is geen zaak van enkel historici. Zij moeten vooral zoveel mogelijk objectieve en verifieerbare data aanleveren inclusief coherente en onderbouwde analyses daarvan. Of we ons daarvoor moeten of willen schamen, dat maken we zelf wel uit.
Perry Pierik
Pierik (1965) is historicus en uitgever en heeft een proefschrift over de beide wereldoorlogen geschreven. Hij noemt de massale knieval van de blanke medemens ten aanzien van people of colour de nieuwe culturele revolutie naar communistische snit. Toe maar. En de EU is de grote motor achter deze ideeënstrijd. En voorstanders van de EU zijn in de ogen van Pierik vooral tegenstanders van de natiestaat. Van mij mag hij dat zeggen maar het is natuurlijk grote onzin te stellen dat hele volksstammen opeens de natiestaat zouden willen afzweren.
Maar Pierik dendert door en stelt onomwonden dat de bewoners van het Westen worden ontkoppeld van hun geschiedenis, ja zelfs van hun geslacht, en herschapen tot de nieuwe Europeaan. Opnieuw: toemaar. En dan komt de uitsmijter van Pierik: “Dit proces wordt nog eens versneld door grote migratiestromen die excessieve vormen hebben aangenomen.” Hierna heb ik eigenlijk geen zin meer om verder te lezen.
Dan volgt een uitgebreide tekst over de Frankfurter Schule waarna Pierik moeiteloos doorschakelt naar de Brexit. Samenhang? Non-existent. Volgens Pierik hebben wij een te radicale les uit de Tweede Wereldoorlog getrokken en daarom zou de les uit het communisme aan onze aandacht zijn ontsnapt. En, beweert Pierik, het gegeven dat het identiteitsvraagstuk nu zo hoog op de agenda staat heeft alles van doen met de invloed van de Frankfurter Schule en de gebrekkige afhandeling van het communisme. Tja, dit soort abracadabra is aan mij niet besteed.
Natuurlijk zijn er meer idioten dan verstandige mensen en een verband willen zien tussen BLM en de klimaatverandering is inderdaad eerder een kenmerk van verstandsverbijstering dan een zinvolle bijdrage aan enige discussie. Maar Pierik kan er zelf ook wat van: “Zo wordt de hele CO2-kwestie en temperatuurschommelingen inzet voor de herbevolking van Europa.” Hier haak ik definitief af, niet alleen vanwege de grammatica. Ik wil u de laatste zin van de bijdrage van Pierik niet onthouden: “Blame and shame is het wapen van de ongeletterden en de beulen en zal nimmer een stabiele toekomst opleveren waar ons gekrenkte continent zo intens naar verlangt.” Ten derde male: toemaar.
Hans Moll
Moll (1947) is oud-journalist bij onder andere de NRC. Hij wijst er op dat er tijdens het (post)koloniale geweld aan beide zijden gruweldaden werden verricht. Vervolgens gaat hij dieper in op de relatie tussen Indonesië en Nederland ten tijde van de politionele acties. Het relaas van Moll komt in mijn ogen neer op het huilende jongetje dat tegen zijn moeder snikt: “mama, hij slaat terug.” Moll heeft er moeite mee als een historicus de alleszins verdedigbare stelling poneert dat geweld van onderdrukkers moreel en historisch volstrekt niet vergelijkbaar is met dat van onderdrukten.
Volgens Moll is eerlijke geschiedschrijving niet alleen in Indonesië maar ook in Nederland een luxe. Volgens mij kletst hij hier uit zijn nek. Ik heb er nooit aan getwijfeld dat ook de Indonesiërs zich schuldig hebben gemaakt aan geweld tegen eigen burgers maar hoe je het ook wendt of keert, het blijft een feit dat wij daar niets te zoeken hadden en de ernst en zwaarte van het door ons toegepaste geweld kan op geen enkele wijze worden gerelativeerd of gebagatelliseerd door geweld van Indonesische zijde.
Floris van den Berg
Van den Berg (1973) stelt zichzelf voor als filosoof en dus veganist en atheïst. Hij opent zijn bijdrage aan dit boek met de stelling dat wie geen veganist is, schuldig is aan de dierenholocaust. Zo, dan weet u meteen waar u staat, ik ook. En hij voegt eraan toe dat wie een grotere ecologische voetafdruk heeft dan het Eerlijk Aarde Aandeel schuld heeft aan de ecologische ineenstorting. En hij voegt hieraan toe: “Zo simpel is het.”
Voor hem is speciesisme discriminatie op basis van soort. Het massaal doden van dieren voor voedsel is moreel onaanvaardbaar, op zich een stelling waar weinig tegen in te brengen valt. Schuld, merkt Van den Berg op, is afhankelijk van de morele opvattingen van een samenleving en die kunnen veranderen. Ook is het evident dat we niet alleen voor ons handelen verantwoordelijk zijn maar ook voor onze opvattingen. Als je opvattingen koestert waarvan je wel kunt nagaan dat ze niet kloppen, ben je schuldig aan het koesteren van zelfgekozen misvattingen. Denk aan religie, alternatieve geneeswijzen, klimaatscepsis, Corona-scepsis en carnisme. Kritisch denken kan de mens hier tot correctie van zijn misvattingen brengen maar kennelijk is dat voor veel mensen te veel gevraagd.
Voor Van den Berg is het onmogelijk om de westerse cultuur in zijn totaliteit te verdedigen. Elk debat over schuld is blind als je niet tenminste de molensteen van schuld aan de dierenholocaust aflegt. Zijn devies luidt dan ook: Woke up. Go vegan.
Slotsom
Laat ik benadrukken dat ik niets moet hebben van het zo populaire wokeisme. Ik beschouw het als een onzindelijke en contraproductieve denktrant die weinig van doen heeft met een echt kritische geest. Het is dogmatiek van de kwalijkste soort waarbij de vrijheid van meningsuiting onmiddellijk het onderspit delft. Tegelijkertijd zou ik het als een vorm van beschaving zien wanneer we het standbeeld van J.P. Coen uit de openbare ruimte zouden verwijderen maar dat heb ik elders al uitgebreid toegelicht.
Deze publicatie heeft me behoorlijk teleurgesteld, het is een wat hybride boek geworden waarbij de bijdragen van Collard, Moll en Pierik niet voldoen aan enige academische toets. Dan had ik liever een bijdrage van Baudet of een van zijn apostelen gelezen. Laat hem maar uitleggen waarom ze moord en brand schreeuwen dat ze als antivaxers worden buitengesloten, zichzelf als de nieuwe joden beschouwen en tegelijkertijd alle niet-Europeanen angstvallig buiten de deur willen houden, buiten willen sluiten.
Recensie door Enno Nuy
Blommestein, Cliteur, Collard, Pierik, Westerse schuld, Uitgeverij Aspect, 2021