Wilde verhalen - Lucy Cooke
De evolutie heeft ons flink beet genomen door de meest onwaarschijnlijke dieren voort te brengen en ons in het duister te laten tasten omtrent het raadsel van hun e=bestaan, schrijft evolutionair bioloog Lucy Cooke. En vervolgt: de mens heeft weliswaar het atoom gesplitst, de maan bezocht en het higgsdeeltje ontdekt, maar wat dierenkennis betreft hebben we nog een lange weg te gaan.
In Wilde verhalen laat Cooke zien hoe in de loop der tijden naar dieren is gekeken. Veel fenomenen waren vroeger nog niet te verklaren, eenvoudig omdat de mens nog niet het juiste gereedschap had ontwikkeld om dieper door te kunnen dringen en wat het ene dier van het andere onderscheidde. Gevolg daarvan was wel dat veel mythische interpretaties een heel lang leven konden leiden. En er zijn talloze wetenschappelijke experimenten op dieren uitgevoerd die op ethische gronden nooit aanvaard hadden mogen worden. Zozeer was de mens overtuigd van haar eigen superioriteit , dat het besef dat wetenschappelijke experimenten wel eens extreem pijnlijk zouden kunnen zijn voor dieren op geen enkele manier in ethische overwegingen werd betrokken. In dit boek toont Cooke ons dan ook talloze voorbeelden van dier-onterend wetenschappelijk onderzoek.
Maar ook laat ze ons zien waarom struisvogels stenen doorslikken en waarom het nog steeds niet gelukt is het voortplantingsmechanisme van de paling te ontrafelen. Dat palingen zo ver moeten trekken om hun paaigebied, de Zee van Saragossa, te bereiken, zou wel eens veroorzaakt kunnen zijn door plaattektoniek als gevolg waarvan dat [paaigebied steeds verder weg dreef. Uitgebreid vertelt ze ons van de ballen van bevers en van de al 68 miljoen jaar oude luiaard, een diersoort waarvan alleen de kleinere versies die hoog in bomen konden klimmen hebben kunnen overleven. Onderzoek uit 1970 wees uit dat de luiaard het meest voorkomende grote zoogdier is, goed voor bijna een kwart van de zoogdierbiomassa! En wist u dat de luiaard meer wervels heeft dan enig ander zoogdier? Inclusief de giraffe?
Er zijn 65 duizend diersoorten die tweeslachtig zijn maar anders dan vaak werd verondersteld, zit de hyena daar niet bij. De hyena’s leven overigens in matriarchaal verband. En volkomen nieuw was voor mij te ontdekken dat de gevlekte hyena een groter vocaal repertoire heeft dan de meeste op het land levende zoogdieren, inclusief de primaten! En hyena’s ruiken aanzienlijk beter dan mensen.
Fascinerend is het hoofdstuk over vleermuizen, die altruïstisch gedrag blijken te vertonen en die zich daarbij niet beperken tot eigen familie. Bloed drinkende vleermuizen braken gestold bloed op voor soortgenoten, die zelf geen bloed hebben kunnen bemachtigen. Zij hebben daarbij een voorkeur voor soortgenoten die eerder bereid bleken hén ten dienste te zijn. En wist u dat sommige vleermuissoorten orale seks bedrijven?
Nog veel meer wetenswaardigheden schotelt Cooke ons voor. Zo komen we alles te weten over de kikkerproef (de eerste zwangerschapstesten) , over Darwin’s Bekbroeder die bevruchte eitjes opeet om na zes weken babykikkertjes uit te spugen. Het enige mannelijk dier naast het zeepaardje dat kan baren! En wat te denken van het wereldrecord langeafstandvliegen? Dat staat op naam van de noordse stern, die jaarlijks “een retourtje Engeland-Antarctica aflegt, een jaarlijkse reis van bijna honderdduizend kilometer, twee keer de omtrek van de aarde – en dat voor een vogel die minder weegt dan een iPhone”. En al even fascinerend is het verhaal over de nijlpaarden, die zowel boven als onder water blijken te communiceren. Die ontdekkingstocht leidde uiteindelijk tot de sonartechnologie en tot de onweerlegbare conclusie dat het nijlpaard afstamt van de walvis! En in het hoofdstuk over de panda leren we dat deze diersoort drie keer zo lang als de mens bestaat en legt Cooke ons uit waar de term ‘ongelikte beer’ vandaan komt.
Ronduit verbijsterend is het hoofdstuk over de pinguïn. Adéliepinguïns zijn behalve chimpansees en mensen de enige dieren waarvan we weten dat ze goederen voor seks ruilen. De vrouwtjes verleiden vrijgezelle mannetjes op slinkse wijze tot een vluggertje om er vervolgens vandoor te gaan met de poen, oftewel de stenen die ze nodig hebben om ervoor te zorgen dat hun nesten niet worden overspoeld door ijzig smeltwater. Bij diezelfde pinguïns komt het hele scala aan seksuele handelingen voor dat ook wij mensen hebben ontwikkeld: masturbatie, plezierseks, hetero- en homoseksueel gedrag, groepsverkrachting, necrofilie en pedofilie.
Dit Wilde Verhalen is een fascinerende boek, buitengewoon vlot en geestig geschreven. Iedereen die ook maar een beetje geïnteresseerd is in de evolutieleer zou dit boek moeten lezen. Cooke laat ons zien in welke valkuilen we allemaal niet getrapt zijn in onze antropomorfe benadering van het dierenrijk. Wat haar boek zo beeldend duidelijk maakt is dat de door haar beschreven dieren ongelooflijk goed zijn toegerust om in hun habitat te kunnen overleven. Des te wranger is het gegeven dat onze soort, de mens, die in menig opzicht niet kan tippen aan de vermogens, capaciteiten en vindingrijkheid van dieren, vrijwel alle biodiversiteit heeft vernietigd. Zonder meer een verrukkelijk boek!
Wilde Verhalen, Cooke, Lucy, De Geus, 2018
Recensie door Enno Nuy